Starfield

Bethesda RPG’s maken elke keer veel los. Wat je er ook van vindt, je kunt niet ontkennen dat de ontwikkelaar uit Maryland een geheel eigen stijl en handelsmerk heeft. Starfield is dan wel een volledig nieuwe serie, een uitstapje naar iets compleet nieuws is het niet geworden. Het is in alles een Bethesda-game, met vergelijkbare sterktes en zwaktes. Het enige probleem is dat de maatstaf tegenwoordig hoger ligt.

Mijn grav drive heeft me net naar naar het Olympus sterrenstelsel gebracht. Ik ben hier voor een sidequest op planeet Nesoi, maar ik zie bij toeval door het raam van mijn ruimteschip een ruimtestation in de buurt rondzwerven. Als Bethesda-avonturier lijd je permanent aan korte aandachtsspanning, dus ik negeer de quest en al snel is mijn schip aan het station gekoppeld.

Mijn nieuwsgierigheid betaalt zich uit. Binnen in het ruimtestation is een overhoop gehaald casino. De artificiële zwaartekracht staat offline, waardoor ik op Zero G de indringers moet bevechten. Als die eenmaal zijn opgeruimd hack ik de computer van het casino die mij vervolgens de combinatie van een kluis prijsgeeft. Al met al beleef ik een onverwacht leuk avontuurtje dat als anekdote gebruikt kan worden voor de kracht van Bethesda-games in het algemeen.

Dit soort serendipiteit, onvoorziene toevalstreffers tijdens het verkennen, is sowieso een van de grootste pluspunten van open wereld-games. De Elder Scrolls- en Fallout-spellen hebben daar altijd handig op ingespeeld. De schaal van de games is daarbij natuurlijk ook altijd een belangrijke factor geweest. “Zie je die berg in de verte? Daar kun je heen!”, zoals de beroemde quote van Todd Howard gaat.

Dat je die berg kunt bereiken en beklimmen is leuk, maar de echte waarde zit in het avontuur dat je onderweg naar je uiteindelijke doel hebt beleefd. Je wordt namelijk telkens afgeleid omdat je plotseling tegen een kerker aanloopt, of een NPC die een quest voor je heeft, of een mysterieus vertalen dorp, noem maar op. Deze manier van verkennen en het spel beleven is mijn inziens een essentieel kernelement van open wereld-games. Het is ook precies waar Starfield ernstig in tekortschiet.

De anekdote over dat ruimtecasino is namelijk een uitzondering die de regel bevestigt. In Starfield loop je zelden per toeval tegen een avontuur aan. Het is een game waarin quests grotendeels vanzelf in je questlog komen, waarna je gelijk via fast travel je bestemming dient te bereiken. Je teleporteert als het ware direct naar die berg in de verte en het avontuur dat je normaal onderweg zou beleven wordt volledig weggevaagd.

Starfield heeft wat dat betreft dus een apart ritme voor een open wereld-game. Je doet quests over het algemeen nog steeds op willekeurige volgorde, maar je questlog functioneert als het ware als een menu vol hyperlinks; als je het laadscherm doorkomt wacht al je eindbestemming. Dit zorgt ervoor dat je voor het gevoel de hele tijd van hot naar her gaat. Deze methode heeft wel zijn voordelen, want hierdoor is er wel veel minder ‘down time’. Missies gaan vaak retesnel en zelfs fetch quests zijn minder belastend omdat je in een mum van tijd heen en weer gaat. Ergens moet ik dus toegeven dat het dit snelle tempo verfrissend kan werken, zeker in een genre dat bekend staat om relatief trage spellen, maar onder de streep is deze designkeuze voor mij een minpunt.

Starfield mag dan gigantisch groot zijn, de manier waarop je het beleeft zorgt ervoor dat het als een van de kleinste en meest beperkte Bethesda-games aanvoelt. Het spel zou meer dan duizend planeten moeten bevatten die lichtjaren van elkaar verwijderd zijn. Echter, die onwerkelijke schaal dringt nooit echt door, omdat je dus bijna altijd volledig via een menuutje manoeuvreert. Je hebt ook niet echt een andere optie. Het is bijvoorbeeld niet mogelijk om planeten handmatig met je schip binnen te treden of om binnen die planeten rond te vliegen met je schip. Je kunt wel zelf binnen een sterrenstelsel tussen verschillende planeten vliegen, maar dat is erg traag en er valt over het algemeen niets te beleven. Het spel zelf suggereert steevast de fast travel-optie.

Ik heb gepoogd om zelf het avontuur op te zoeken door af en toe zonder een quest te volgen lukraak op een planeet te landen. Dat heeft steevast enkel tot teleurstelling geleidt. De meeste planeten zijn lelijke en leeg ogende woestijnen met duidelijk gemarkeerde en willekeurig gegenereerde ‘points of interest’. Je kunt enkel traag tussen die punten lopen en onderweg op nutteloze wijze materialen en fantasieloze beesten scannen. Na de derde copy-paste vijandelijke basis had ik het wel gezien. Starfield is simpelweg een game waar je onophoudelijk quests dient te volgen.

Dit alles is vrij ironisch, omdat je in Starfield in principe in de rol van ontdekkingsreiziger duikt. Je begint dit spel als anonieme mijnwerker die volledig per toeval een mysterieus artifact ontdekt dat je een vreemd visioen geeft. Door deze ervaring kom je in aanraking met Constellation, een organisatie vol excentrieke persoonlijkheden die als enigen nog steeds de ambitie hebben de mysteries van het universum op te zoeken.

Starfield speelt zich over zo’n driehonderd jaar in de toekomst af. De mensheid heeft inmiddels sterrenstelsels ver buiten de melkweg gekoloniseerd. De mensheid leert alleen nooit van zijn fouten en ook in deze toekomst hebben massale oorlogen plaatsgevonden. Op het moment dat het spel begint is er nog relatieve vrede tussen de verschillende facties, maar er heersen nog altijd allerlei politieke spanningen. Naast de twee grote supermachten, de United Colonies en de Freestar Collective, zijn er ook nog een hoop kleinere facties met hun eigen agenda.

Bethesda heeft wat betreft de setting goed werk afgeleverd. Het spel begint wel heel rommelig en het geeft te weinig context. Je moet zelf een klein beetje graven om veel van de lore te zien, maar als je eenmaal meer weet over de nieuwe geschiedenis en de hoofdrolspelers komt Starfield op stoom. Het is naar mijn smaak wel iets teveel gecentreerd rondom Amerikaanse cultuur, maar het is alsnog vrij geloofwaardig en intrigerend. House Va’ruun, een cult-achtige religie die een een heilig serpent aanbidt, is daarbij een van de hoogtepuntjes.

Bij andere aspecten van het verhaal en de setting moet je snel accepteren dat je een Bethesda-game aan het spelen bent. Gesprekken met NPC’s zijn bijvoorbeeld niet bepaald vloeiend. De animaties zijn houterig en het script springt vaak van de hak op de tak. Je moet ook je best doen om niet stil te staan bij het feit dat iedereen jouw personage, dat voor de meeste mensen in Starfield gewoon een willekeurig persoon is, gelijk vertrouwt met allerlei missies en persoonlijke informatie. Dit alles is anno 2023 moeilijker om voor lief te nemen. De afgelopen jaren hebben we al een aantal RPG’s, The Witcher III en Baldur’s Gate III bijvoorbeeld, gezien die dit soort elementen al een stuk beter uitvoeren.

Starfield is voor de rest mijns inziens vaak vooral degelijk, met alleen zelden een uitschieter naar boven. De steden en nederzettingen bijvoorbeeld zijn onmiskenbaar mooi, maar echt origineel of indrukwekkend zou ik ze niet noemen. We hebben al vergelijkbare of betere varianten van locaties zoals New Atlantis, Akila City en Neon in andere games gezien, ook die van Bethesda zelf. Geen enkele stad in Starfield maakt een sterke blijvende indruk. Op kleinere schaal is het spel wel vaak imposant. Starfield bevat bijvoorbeeld een aantal van de meest gedetailleerde en sfeervolle bars die ik ooit heb gezien.

Starfield is naast een RPG natuurlijk ook gewoon een shooter. Ook in dit aspect is het bovenal degelijk. De geweren klinken goed en de feedback die ze geven is prima. Ik was verder onder de indruk van de grote variatie in het wapenarsenaal en de mate waarin wapenmods effect kunnen hebben om de prestaties. Starfield heeft dus wel de potentie om een bovengemiddelde shooter te zijn, maar een gebrek aan variatie en zwakzinnige kunstmatige intelligentie gooien roet in het eten.

Je tegenstanders zijn vaak niets minder dan debiel. Als ze enkel een mêlee-wapen hebben rennen ze suïcidaal op je af. Verder werken ze totaal niet samen om je te omsingelen en ze doen geen moeite om te spreiden om bijvoorbeeld minder kwetsbaar te zijn voor granaten. Er zijn ook simpelweg niet genoeg verschillende type vijanden. Gevechten verlopen hetzelfde als je nou tegen een soldaat of een ruimtepiraat vecht en voor de rest zijn er alleen een paar aliens die ook vrij hersenloos op je afrennen. Het feit dat Starfield op 30 frames per seconde draait op consoles doet ook op die platformen een klein beetje afbreuk op de schietmechanieken.

Starfield heeft gelukkig wel zoals gezegd een aantal hoogtepunten die zeker ook benoemd moeten worden. Vechten met schepen werkt verrassend goed bijvoorbeeld en het is ook hartstikke leuk om je eigen schip in elkaar te zetten. Verder zijn de missies omtrent de grote facties zoals het een Bethesda game betaamt van hogere kwaliteit. Met name de Crimson Fleet questline springt er bovenuit. Je krijgt daar steevast boeiende gesprekken en spannende keuzes. De andere facties zijn ook absoluut de moeite waard om door te spelen, al is Ryujin Industries wel overduidelijk de minste. Die questline bevat veel sluipmissies en de mechanieken van Starfield lenen zich daar minder goed voor.

Starfield zit sowieso boordevol missies, maar buiten het hoofdverhaal en de voorgenoemde facties zijn ze zelden de moeite waard. Je speelt bovenal als open wereld-game loopjongen en verreweg de meeste quests hebben extreem voorspelbare conclusies. Het gevoel beklijft dat Bethesda dit gigantisch spel noodgedwongen moest vullen met ‘content’ en daarbij was vooral de kwantiteit van belang.

Ten slotte mogen de bugs niet onbenoemd blijven. Het is inmiddels bekend dat dit misschien wel de meest gepolijste Bethesda-game ooit is. Maar laten we eerlijk zijn; die lat lag niet bepaald hoog. Ik twijfel er niet aan dat veel mensen zelfs na tientallen uren geen enkele bug of glitch hebben gezien, maar mijn eigen ervaring was verre van vlekkeloos. Halverwege mijn playthrough verdween mijn companion, de NPC die met je meeloopt in alle missies, elke keer als ik een save opnieuw moest herladen. Ze kwam enkel terug als ik in-game ging slapen.

Een veel irritantere bug schakelde steeds mijn Xbox-controller uit. Dat klinkt bijna ongelofelijk, maar het lag echt niet aan de batterijen en online klagen meer mensen over dit probleem. Hoe meer uren ik in het spel stak, hoe trager het menu ging werken en soms bleef het zelfs eindeloos hangen. Het zijn van die irritaties die Bethesda-fans al vele jaren tolereren in ruil voor de unieke games die deze ontwikkelaar levert. De bugs hebben het spel voor mij gelukkig niet echt bedorven, maar ze hebben mijn ervaring met de game wel iets minder prettig gemaakt.

Conclusie:
Starfield is van kop tot teen een Bethesda-game. Dat kun je zowel als een compliment en als een beschuldiging opvatten. De schaal van de spelwereld(en) is alleen groter dan ooit, iets dat helaas de magie van het open wereld-genre juist verdoezelt. Er is een duidelijk gebrek aan cohesie en ook in andere aspecten stijgt het zelden boven zichzelf uit. Het resultaat is een wisselvallige game die je soms naar het puntje van je stoel dwingt, maar bovenal je nieuwsgierigheid niet genoeg beloont.

Gespeeld op Xbox Series X|S, ook beschikbaar voor pc.