CD: The Alchemist - 1st Infantry

Aan de hand van Cypress Hill producer DJ Muggs nam The Alchemist zijn eerste stapjes in de Hiphopwereld, maar al snel bleek dat hij ook heel goed op eigen benen kon staan. Zijn eerste productie, de remix van Tequilla Sunrise van Cypress Hill (die met Fat Joe ja), werd over het algemeen goed ontvangen, maar zijn naam werd pas echt gevestigd na zijn samenwerking met Dilated Peoples. Hierna steeg zijn roem bijzonder snel en volgden samenwerkingen met onder andere Nas, Mobb Deep, Big Daddy Kane, Group Home en Linkin Park.

Inmiddels heeft hij zoveel mensen tevreden gemaakt met zijn beats dat ze nu staan te dringen om hem te bedanken met een bijdrage op zijn album 1st Infantry. Het principe is heel simpel. Hij heeft voor iedere artiest een beat gemaakt en deze wordt ingerapt of -gezongen. Het klinkt bijzonder eenvoudig en saai en dat is ook een beetje het manco van dit album. Het is een verzamelaar vol goede intenties, maar met weinig goed uitgewerkte concepten.

Neem nou ‘Dead Bodies’ van The Game en Prodigy. Het lijkt in niets meer op de oude Prodigy die met Mobb Deep drie uitstekende albums afleverde, maar na Hell On Earth bijzonder afgegleden is. De beats zijn nog steeds duister, maar het gevoel dat je vooral op ‘The Infamous’ kreeg is compleet verdwenen. Dit klinkt als een verplicht nummertje dat er even tussendoor gemaakt moest worden. Datzelfde gevoel krijg ik bij ‘The Essence’ uitgevoerd door The Lox. De beat is gewoon goed, maar de flows zijn vlak en oninteressant en dat is eeuwig zonde.

Prodigy herstelt zijn eerdere matige optreden enigszins op ‘Hold You Down’. De beat is een typische Alchemist-beat. Dat is niet uit te leggen, maar zoiets hoor je gewoon. Zonder de gezongen hook van Nina Sky zou het een uitstekend nummer zijn, maar het gejengel verpest het toch wat. De heren van M.O.P. doen er alles aan om van ‘Stop The Show’ een dope track te maken, maar zowel de beat als Stat Quo werken niet mee. Lil’ Fame en Billy Danze zijn rappers die alleen uit de verf komen op rauwe beats en die zadel je niet op met matig ingezongen hooks. Jammer, want er had veel meer ingezeten.

‘D Block To QB’ weet ook al niet te overtuigen. Technisch gezien stellen Styles en J-Hood weinig voor en ook Big Noyd en Prodigy kunnen veel beter. Met z’n vieren brengen ze een goede beat vakkundig om zeep. Lloyd Banks brengt de cd naar een dieptepunt. Hij krijgt een prima beat voorgelegd, maar mompelt er wat overheen en probeert als klap op de vuurpijl ook nog te zingen. Dit is zo slecht dat het pijn aan je oren gaat doen. Gelukkig weet Devin The Dude me op zeer positieve wijze te verrassen. ‘Where Can We Go’ mag dan een wat zeikerige hook hebben, het zit wel bijzonder aardig in elkaar. De flow is plezierig en de beat is uitstekend.

Het hoogtepunt van dit album komt op naam van Mobb Deep. Voor het eerst in acht jaar klinken ze weer rauw en overtuigend. De beat doet denken aan een Marley Marl productie in zijn beste tijd. De bass is loodzwaar en de flows zijn eindelijk weer eens messcherp. Mocht ‘It’s A Craze’ als single uitkomen, moet je deze echt direct aanschaffen. Ook ‘Dilated Peoples’ laten zich van hun beste kant horen. De beat lijkt nogal op Killah Priests One Step en zowel Rakaa als Evidence flowen er heerlijk overheen. De scratches van DJ Babu zijn een zeer prettige bonus. Helaas kan dit hoge niveau niet vastgehouden worden door Sheek em J-Hood. De beat is zeer matig en de flows van beide heren zijn bedroevend. Dat ze oproepen tot het plegen van meer criminaliteit is natuurlijk te zielig voor woorden.

‘Strength Of Pain’ valt me bijzonder mee. Ik las op het hoesje per abuis de naam van Chingy, maar het blijkt hier te gaan om de zangeres Chinky. Nu stellen haar zangkwaliteiten niet bijzonder veel voor, maar het is natuurlijk wel een grote vooruitgang als je de stem van Chingy verwacht. B-Real klinkt bijzonder aardig op ‘Bang Out’. De beat past op het eerste gehoor misschien niet bij de nasale flows van B-Real, maar na een tijdje begin ik toch met mijn hoofd op de beat te knikken.

Nas en Prodigy schitteren samen op ‘Tick Tock’ en het verschil met een groot deel van de rappers op dit album wordt pijnlijk duidelijk. Nas’ flow is technisch uitstekend, waar de rest over de woorden lijkt te struikelen. De beat is rustig en dient als ondersteuning, zodat de rappers kunnen uitblinken. ‘Pimp Squad’ van TI en The PSC is een nietszeggend niemendalletje waarvan ik me niet kan voorstellen dat er echt iemand op zit te wachten. Twin mag het album afsluiten met ‘Different Worlds’ en eerlijk is eerlijk, het is een zeer aardige track. De beat zit intelligent in elkaar en beide rappers wisselen elkaar goed af, waardoor de cd met een positieve noot eindigt.