CD: Theodore Unit - 718

Iedere reviewer probeert zo objectief mogelijk zijn producten te bespreken, maar met Wu-Tang producten kan dat lastig worden. Dankzij hen ben ik helemaal verslaafd geraakt aan het genre. Hun debuutalbum Enter The Wu-Tang (36 Chambers) heb ik onlangs voor een derde keer moeten aanschaffen omdat ik de eerste twee exemplaren gewoon kapot gedraaid had. Ook de debuutalbums van Raekwon en Method Man alsmede het tweede album van GZA (Liquid Swords dus) ken ik van haver tot gort en ze vervelen nog steeds niet. Ook over Ghostface Killah zul je mij weinig kwaads horen zeggen, puur en alleen vanwege het feit dat ik dankzij deze heren een fantastisch genre heb ontdekt.

Theodore Unit bestaat zoals in de intro vermeld staat uit Ghostface Killah, Cappadonna, Kryme Life, Shawn Wigs, Du-Lilz, Trife Da God en Solomon Childs. De meesten zullen wel eens gehoord hebben van Cappadonna; een rapper over wie de meningen nogal verdeeld zijn. Een kleine groep, onder wie Ghostface Killah en hijzelf is overtuigd van zijn talenten en beschouwt hem als een groot talent. Heel veel anderen zien dat wat anders en vinden dat hij eigenlijk niets te zoeken heeft op de cd’s van de Wu-Tang Clan. Trife doet bij een enkeling misschien een belletje rinkelen omdat hij al eens eerder op een aantal tracks van Ghostface meedeed, maar de rest van de groep bestaat toch voornamelijk uit onbekende grootheden.

Het album begint met een Nederlands tintje. De track ‘Guerilla Hood’ is door niemand minder dan Cilvaringz, Neerlands enige eigen lid van de Wu-family, geproduceerd. Als deze beat maatgevend is voor zijn hele werk, mogen we zeggen dat hij direct bij de top behoort. Ghostface is de enige rapper op deze track en eerlijk is eerlijk, het klinkt gewoon erg goed. Na het ietwat irritante gezang laat Ghostface horen waarom hij geliefd is bij velen, furieuze raps knetteren over de beat en de toon is gezet. ’Punch In Punch Out’ heeft wederom een ijzersterke beat, maar helaas wordt deze verkracht door een uitermate zwakke rap van Trife en aangezien hij de enige MC op deze track is, is de lol er snel af.

ghostface
Ghostface Killah


Gelukkig dat Ghostface weer het heft in handen neemt op ‘’88 Freestyle’. De beat lijkt ook afkomstig te zijn uit 1988 en dankzij de “boombap” reikt dit nummer tot grote hoogte. Ghostface mag dan technisch geen fantastische rapper zijn, op rauwe, snelle beats is hij weldegelijk in zijn element. Trifes stukje is deze keer wel in orde. Een fan van z’n stem zal ik niet worden, maar met z’n flow zit het wel goed. ‘The Drummer’ circuleerde al een tijdje op internet en er zijn geruchten dat dit bewust gedaan is om de interesse in deze groep op te wekken. De beat is krakend met een loodzware bass. De gastoptredens van Streetlife en Method Man zijn een welkome aanvulling op de stukken van Ghostface en Trife. Het geheel klinkt ruig, funky en vooral erg goed.

Helaas gaat het daarna goed fout. Zowel ‘Gatz’, ‘Who Are We’ en ‘Smith Brothers’ zijn het aanhoren niet waard. Gatz gaat alleen maar over hoeveel wapens ze wel niet hebben. Dat is natuurlijk al fout, maar het nummer is ook nog eens slecht. De beat is vlak en de raps niet overtuigend. Datzelfde gaat ook op voor Who Are We? Het geschreeuwde refrein lijkt bedoeld te zijn om de luisteraar weg te laten rennen. Het absolute dieptepunt wordt bereikt bij de track Smith Brothers. De beat is wel aardig, maar bij het refrein krijg je last van plaatsvervangende schaamt. ‘We Will Rock You’ wordt op brute wijze verkracht. Eigenlijk had ik nu het album uit m’n CD-speler willen halen om dit wanprodukt te vergeten. Gelukkig dat de afstandsbediening bij de hand ligt en er snel doorgegaan kan worden naar ‘Mama Can You Hear Me’ en tot mijn vreugde constateer ik dat Solomon Childs een prima track aflevert. Hij heeft een prettige, rauwe stem en de voorgaande drie nummers zijn snel vergeten. Ook ‘Paychecks’ is de moeite waard. Goede beat, vooral dankzij een briljant jazzpiano-loopje en een Ghostface die weer bij de les lijkt te zijn.

cappadonna
Cappadonna


Maar helaas kan die lijn niet vastgehouden worden. ‘Wicked With Lead’ is bijzonder matig. Ook hier zijn de beats en de raps veel te vlak. Je vraagt je af waarom zulke nummers opgenomen worden, want ik kan me onmogelijk voorstellen dat er mensen zijn die hier op zitten te wachten. Ook ‘Daily Routine’ kan me niet echt overtuigen. Shawn Wigs neemt alle raps voor zijn rekening en doet dat niet eens zo slecht, maar het stijgt absoluut niet boven de grijze middelmaat uit. ‘Right Back’ is iets beter en dat komt vooral dankzij een verrassende Kryme Life. Op ‘Pass The Mic’ doen alle zeven leden mee en dan valt pas op hoe groot het verschil is tussen Ghostface en zijn protégé’s. Niemand komt ook maar in de buurt van de leider.

‘Work’ is wederom een track van Solomon Childs, maar dit keer valt hij tegen. De beat past niet bij zijn flow, waardoor er een slordig geheel ontstaat. Ook ‘It’s The Unit’ valt tegen. Er wordt geprobeerd een rauwe beat neer te zetten met duistere achtergrondgeluidjes, maar het is het weer net niet. Cappadonna en Shawn Wigs voegen niets toe en het begint eentonig te worden; zonder Ghostface was dit nummer echt niets geweest. Solomon Childs heeft de eer het album af te sluiten met zijn ‘Be My Girl’. Deze track is niet onaardig, maar als ik het nooit gehoord zou hebben zou ik er ook niet slechter van geworden zijn.