FOK! Jaaroverzicht 2007



2007 was het jaar van de hoge olieprijs. In januari 2007 stond de olieprijs nog op iets meer dan 50 dollar, in november was deze bijna verdubbeld tot ruim 98 dollar. Wat voor effecten heeft de hoge olieprijs en wat brengt de toekomst? Sommigen zeggen dat de toekomstige Derde Wereldoorlog om energie gaat. Let wel, in een vat olie zit een equivalent van 25.000 uren arbeid door de mens. Bijna geen product of dienst is mogelijk zonder tussenkomst van olie. Medicijnen, brandstof voor de auto, kleding, computers, kerosine, verf, bijna overal wordt olie voor gebruikt.

Oorzaken


De hoge olieprijs heeft tal van oorzaken. Ten eerste is er de politieke onrust in verschillende oliegebieden in de wereld. Zo verkeert de Afrikaanse olieproducent Nigeria in iets wat meer op een burgeroorlog lijkt, is Amerika op oorlogskoers met het olierijke Iran, blijft verhoging van de Iraakse olieproductie uit door sabotage en onrust, en voert Venezuela een socialistische strijd tegen de VS.

Ten tweede lijkt de oliehonger van het westen en opkomende landen als China en India niet te stoppen. De productie kan de vraag sinds 2006 niet bijhouden en omdat de prijs naar olie niet-elastisch is, kan dit tot enorme prijsstijgingen lijden. Ondanks dat een vat olie in Saudi-Arabië niet meer dan een paar dollar hoeft te kosten om te produceren, moet er op dit moment nog steeds ruim 90 dollar voor neergelegd worden.

Helaas wordt er voor elke drie vaten olie die geconsumeerd worden slechts één nieuw vat gevonden. En dat op steeds moeilijker bereikbare plekken. Kenners zeggen dat het tijdperk van 'makkelijke' olie nu echt over is.

Relativering

Toch is relatering van de hoge olieprijs op zijn plaats. Westerse economieën zijn relatief minder afhankelijk geworden van olie, doordat we meer diensteneconomieën geworden zijn. Een recessie bij een hoge olieprijs is goed te vermijden, in tegenstelling tot vroeger.

Hoewel de vraag naar olie niet-elastisch is, neemt de vraag bij een hogere olieprijs wel degelijk af. Vooral Amerikanen zien nu dat bijvoorbeeld benzine een steeds grotere hap neemt uit het inkomen. Hierdoor kopen Amerikanen minder benzineslurpende auto's of consumeren zij minder benzine, omdat zij het naast de andere vaste lasten niet meer kunnen betalen.

Speculatie in olie speelt ook een aardige rol in de huidige olieprijs. Wanneer er verwacht wordt dat de olieprijs toeneemt spelen speculanten daarop in, wat op zijn beurt de olieprijs nog verder doet stijgen.

De goedkope dollar speelt tevens een rol. De olieproducerende landen willen steeds meer dollars zien voor hun olie omdat de koopkracht van de dollar de afgelopen jaren sterk afgenomen is. Iran en Venezuela willen zelfs af van de dollar als betaalmiddel voor olie.

Nederland en EU in een betere positie dan Amerika

Als het om de hoge olieprijs gaat, zitten Nederland en Europa in een betere positie dan Amerika. Jarenlang vroegen de Amerikanen zich af waarom Europa toch zulke hoge accijns heffen op brandstoffen; hierin is Nederland één van de koplopers. Nu de olieprijs hoog staat weten de Amerikanen het. Door de brandstofaccijnzen en ook andere overheidsregulatie is het Europese wagenpark tegenover het Amerikaanse 40 procent zuiniger.

Afgelopen december werd duidelijk dat dit ook tot de Amerikaanse overheid is doorgedrongen. In een nieuwe wet worden veel strengere eisen gesteld aan de verbruiksnormen van auto's. In 2020 moeten Amerikaanse auto's 40 procent zuiniger zijn. Amerika verbruikt in totaal 25 procent van alle benzine en olie in de wereld, terwijl de Amerikanen slechts 4,5 procent van de wereldbevolking uitmaken. President Bush zei in zijn State of the Union van 2006, de Amerikaanse troonrede, dat Amerika olieverslaafd is en dat de olie vaak uit landen moet worden geïmporteerd waar de bevolking Amerika haat.


Door de hoge accijnzen en de sterke euro voelen Europeanen de hoge olieprijs veel minder. De benzineprijzen in de VS zijn opgelopen van 1,30 dollar in 2002 naar 3,20 dollar per gallon (3,8 liter) in 2007. Dit is een prijsstijging van bijna 150 procent.

Nederland en Noorwegen verkeren echter in een luxepositie binnen Europa. Door de gasvelden in met name Groningen en de Waddenzee, en omdat er steeds meer overgestapt wordt op gas in plaats van olie, verdient Nederland goed aan de hoge olieprijzen. Europa's enige olieproducent van belang, Noorwegen, maakt jaren mee van hoge economische groei.

Gevolgen

Hoge olieprijzen maken olie die moeilijk te winnen is aantrekkelijker, evenals de alternatieven. De grote teerzandvelden die Canada rijk is, zijn opeens lucratief geworden om het tot bruikbare brandstoffen om te zetten. Het zogeheten 'oil shale', een gesteente waaruit olie gewonnen kan worden, is pas tegen de 100 dollar per vat economisch rendabel. Het grote voordeel voor Amerika is dat het bijna de helft van werelds 'oil shale' bezit. Het Amerikaanse Energy Information Administration schat de wereldvoorraad van mogelijk te produceren 'oil shale' op 2,6 triljoen vaten olie, waarvan 1,2 triljoen in de VS. Ook werd in alternatieve energie meer dan ooit geïnvesteerd, hoewel de opbrengst daarvan ter discussie staat.


Toekomst

Zolang de vraag het aanbod overstijgt zal de olieprijs op een hoog niveau blijven. Echter wanneer er veel ingezet wordt op alternatieven en vooral energiebesparing zou de olieprijs nog wel eens flink kunnen dalen naar normalere niveaus. Ook zal de olie voorlopig niet opraken, hoewel de bronnen wel eens flink kunnen veranderen. Het Internationaal Energie Agentschap (IEA) voorspelt echter een 'wereldwijde energiecrisis in acht jaar'.