LEGO Battles

Traveler’s Tales heeft nu al enkele jaren veel success met hun LEGO games, spellen die tot nu toe allemaal dezelfde formule volgden: neem een bekende franchise (Star Wars, Batman, Indiana Jones) en maak er een koddige actie-adventure van. Met LEGO Battles voor de Nintendo DS neemt Hellbent Games (alleen maar bekend van de Xbox 360-port van Supreme Commander)) afstand van deze formule en proberen ze een koddige RTS-game te maken.

In LEGO Battles neem je de controle van verschillende soorten LEGO op je, van ridder en piraten tot aan ruimte-LEGO aan toe. In totaal zijn er in deze soorten LEGO zes campagnes te spelen die allemaal bestaan uit nietszeggende verhaaltjes die een beetje aanleiding moeten geven aan de verschillende soorten opdrachten die je tegenkomt. De missies verschillen van “roei iedereen uit” tot “bewaak de basis en roei iedereen uit” en “zoek de kristallen en roei iedereen uit”. Heel erg diepgaand is het dus niet, perfect passend om snel even op te pakken en in tien minuutjes een missie er doorheen te rammen. Als je een chapter van een bepaald karakter hebt uitgespeeld word je getrakteerd op een tussenfilmpje, welke eigenlijk ook niet echt de moeite waard zijn maar wel schattige voor iedereen te begrijpen grapjes tentoon stellen. In totaal zijn er meer dan 90 missies te spelen, dus met de hoeveelheid content zit het wel goed.

In LEGO battles gebruik je het onderste scherm voor de besturing van de eenheden en het bovenste scherm voor het laten zien van extra informatie zoals een kaart. De besturing is best prima, units selecteren en ergens heensturen doe je uiteraard met de stylus, speciale functies als magische spreuken of het bouwen van gebouwen doe je door in de linkerbovenhoek op een gekleurde LEGO bouwsteen te klikken. Het is dan ook jammer dat de pathfinding van de AI zo enorm ondermaats is. Je kunt maximaal negen units tegelijkertijd selecteren en ergens heensturen, en oh wee je gebeente als je dit probeert langs de randen van een bos te doen want geheid blijven twee of drie eenheden plakken. Je bent dan ook in enorm veel gevallen bezig met het nalopen van je units om te kijken of ze wel allemaal zijn waar ze moeten zijn, iets wat gruwelijk irritant wordt als je tegelijkertijd twee groepen van negen units te besturen op het slagveld.

Naast het spelen van missies kun je het ook opnemen tegen de AI waarbij je zelf je eigen leger kunt samenstellen uit de verschillende eenheden van het spel. Je kunt dus als piraat kiezen voor een leger opgebouwd uit ruimtemannekes, skeletten en ridders allemaal dwars door elkaar heen. Helaas valt hierbij op dat de AI niet de slimste is, het is simpelweg een kwestie van zo snel mogelijk units uitpoepen en je wint wel. Vandaar dat de multiplayer wel handig is, die helaas niet online kan maar natuurlijk wel offline, helaas dan wel met multi-card (dus dat iedereen zijn eigen cardridge nodig heeft). De units die je uit kunt kiezen zijn echter niet allemaal direct vanaf het begin beschikbaar, je zult ze moeten kopen door blauwe LEGOsteentjes te verzamelen tijdens het spelen. Nadeel van dit systeem is dat het de multiplayer ongebalanceerd kan maken doordat de ene speler wel de ene sterkere unit al heeft vrijgekocht en de ander niet.

Over het algemeen is het spel voor de doorgewinterde RTS-gamer, of zelfs volwassen gamer überhaupt, veel te makkelijk. Je vliegt door de levels en een uitdaging komt hoogstens uit het feit dat je af en toe de helft van je units omdat ze weer eens ergens zijn blijven plakken. Het spel is dan ook duidelijk beter geschikt voor kinderen, de simpele opzet, koddige graphics en volledig gebrek aan bloed, seks, drugs en rock en roll maken het spel zeer kindvriendelijk. Het geluid is echter ook voor kinderen onder de maat, de deuntjes zijn zwaar irritant herhalend en unitgeluiden hadden ze net zo goed achterwege kunnen laten.

Conclusie:
Met LEGO Battles heeft Hellbent Games een simpele, kindvriendelijke RTS neergezet die helaas geplaagd wordt door een te lage moeilijkheidsgraad, bijna afwezigheid van enige intelligentie in de AI en pathfinding uit 1992. Toch is het spel best leuk om zo eventjes tien minuten te spelen, maar echte marathonsessies om de game in één keer uit te spelen vallen niet aan te raden.