Gevangenisstraf van 11 jaar en 6 maanden voor doodschieten Bas van Wijk

Een 23-jarige man die in 2020 Bas van Wijk doodschoot is in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van 11 jaar en 6 maanden en tbs met dwangverpleging. Het gerechtshof Amsterdam heeft dit vandaag beslist.

De rechtbank legde eerder een gevangenisstraf van 9 jaar en tbs met dwangverpleging op. De eis van het Openbaar Ministerie (OM) was 16 jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging.   

Gebeurtenissen aan de Nieuwe Meer
Op 8 augustus 2020 was Bas van Wijk met een groep vrienden op een recreatiesteiger aan de Nieuwe Meer in Amsterdam. Ook de verdachte was daar met drie anderen. Nadat eerder onenigheid tussen de beide groepen ontstond over het over en weer naar elkaar kijken, liep de verdachte naar de andere groep toe. Hij haalde daar een pistool uit de zak van zijn zwembroek en zei tegen één van de vrienden uit de groep van Bas van Wijk dat die zijn horloge moest afgeven. De jongen weigerde dit echter. De verdachte laadde het pistool vervolgens door en schoot langs de knie van een tweede jongen, terwijl een derde jongen daar vlakbij stond. De verdachte werd daarop aangesproken door Bas van Wijk, waarna de verdachte tweemaal op hem schoot, in diens linkerbeen en vervolgens in diens bovenlijf. Vervolgens dwong de verdachte de jongen met het horloge dit alsnog af te geven. Met het horloge in zijn bezit vluchtte de verdachte. Bas van Wijk overleed even later in het ziekenhuis als gevolg van de schotverwondingen.

Bas van Wijk probeerde die dag de boel te sussen en wilde de verdachte aanspreken op zijn gedrag. Dit moest hij met de dood bekopen. De verdachte heeft de nabestaanden van Bas van Wijk enorm leed aangedaan. Tijdens de zitting in hoger beroep is gebleken welke immense leegte zijn dood heeft achtergelaten. Hun leven is volledig ontwricht. Ook op de drie genoemde jongens hadden de gebeurtenissen een enorme impact.

Geen nietige dagvaarding
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan gekwalificeerde doodslag. De rechtbank veroordeelde de verdachte voor de minder zware doodslag. Zij vond namelijk dat de dagvaarding ten aanzien van de gekwalificeerde doodslag nietig was, omdat de pleegdatum en de pleegplaats niet waren vermeld. Deze beslissing van de rechtbank vindt het hof niet juist. Ten onrechte is hierdoor in de media aan het OM het verwijt gemaakt dat de verdachte een lagere straf kreeg vanwege een vormfout.

Gevangenisstraf en tbs
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan gekwalificeerde doodslag, afpersing, twee bedreigingen en het voorhanden hebben en overdragen van vuurwapens. Vanwege de ernst van de feiten, maar ook rekening houdend met het feit dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is, vindt het hof een gevangenisstraf van 12 jaar passend. Vanwege de te lange duur van de procedure in hoger beroep legt het hof een gevangenisstraf van 11 jaar en 6 maanden op. Ook krijgt de verdachte tbs met dwangverpleging opgelegd. Er is bij hem sprake van een ernstige persoonlijkheidsproblematiek. Hij moet hiervoor langdurig worden behandeld om het risico op toekomstig gewelddadig gedrag te beperken.