Chinezen kunnen fluiten naar Boeddhabeeld

De twee Chinese dorpscomités die via de rechter een claim wilden leggen op een eeuwenoud Boeddhabeeld met daarin een mummie, zijn niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank zal hun zaak daarom niet verder inhoudelijk behandelen.

Gemummificeerde monnik
De zaak was aangespannen door de dorpscomités van de twee Chinese dorpen Yangchun en Dong Pu. Uit hun gezamenlijke tempel is in 1995 een beeld met daarin de mummie van een door hen aanbeden monnik uit de Song-dynastie (11e eeuw na Christus) gestolen. Dat beeld zou daarna in handen zijn gekomen van een Nederlandse kunsthandelaar. Hij ontkent dat het om het gestolen Boeddhabeeld gaat. Bovendien heeft de handelaar het beeld inmiddels geruild met een andere kunsthandelaar, die anoniem is gebleven.

Comités zijn geen rechtspersoon
De rechtbank oordeelt dat de dorpscomités er niet in zijn geslaagd om aan te tonen dat zij rechtspersoon zijn. Dit is echter wel een vereiste om voor de rechter een procedure als deze te mogen voeren. Een van de redenen hiervoor is dat het anders onzeker is met wie of wat een tegenpartij – en ook de rechter – in een juridische procedure nu precies te maken heeft. Er zijn wel uitzonderingen op deze regel mogelijk, maar die zijn hier niet aan de orde.

Geen inhoudelijke behandeling van de zaak
Omdat de dorpscomités niet zijn te beschouwen als rechtspersoon, worden zij niet-ontvankelijk verklaard. Dit heeft tot gevolg dat de rechtbank de zaak niet inhoudelijk zal behandelen.