Atleet wil onschuld Decembermoorden bewijzen

De voormalig Nederlands en Surinaams sprintkampioen Sammy Monsels is afgereisd naar Suriname om zijn onschuld te bewijzen in de zaak van de Decembermoorden van 1982.

Maandag arriveerde Monsels in Paramaribo. In een interview op de luchthaven zei Monsels dat hij "geen bloed aan mijn handen heeft".

De oud-sprinter moet voor de de krijgsraad in Suriname verschijnen wegens directe of indirecte betrokkenheid bij de moorden. In december 1982 werden vijftien tegenstanders van het toenmalige militaire regime onder leiding van ex-legerleider Desi Bouters vermoord. Het is nog niet bekend wanneer het proces zal beginnen.

De oud-sprinter was tot 1987 beroepsmilitair in het leger van Suriname. Monsels zegt dat hij geen belastende verklaring tegen Bouterse heeft afgelegd. Andere militairen zouden dat wel gedaan hebben volgens een in Nederland uitgelekt onderzoeksrapport. Bouterse, die de hoofdverdachte in de zaak genoemd wordt, zou volgend jaar graag president van Suriname willen worden na de verkiezingen.

Monsels was naar eigen zeggen in de periode van 7 tot 9 december 1982 met twee- tot driehonderd militairen in het Fort Zeelandia. In die militaire vesting zijn de moorden gepleegd. De namen van de militairen die samen met hem daar waren, is Monsels niet op de lijst van verdachten tegengekomen.

De atleet, die achttienvoudig sprintkampioen is en momenteel atletiecoach in Amsterdam, werd voor het eerst over de zaak verhoord in 2002 door de rechter-commissaris die het gerechtelijk vooronderzoek naar de Decembermoorden leidde.