11. Vrede op aarde

Een kerstcadeau van de FOK!-columnisten. Voor jou. Veertien columnisten hebben zich op een estafette gestort, die je deze kerstdagen fijn kunt lezen, al dan niet onder de kerstboom. Een avontuurlijke reis door de creatieve geesten van onze vaste columnisten. Deel 1 lees je hier.

Nee, ik geloof niet in dit soort dingen. Ik pak de drie wijzen uit de kerststal en loop er mee naar de keuken. Ik vraag me af wie deze lelijke kitsch in hemelsnaam in huis heeft gehaald. Opeens weet ik het. Ik was het zelf. Drie jaar geleden toen ik op reis was door Oekraïne bezocht ik een kerstmarkt. In the spirit of Santa besloot ik toen de lokale bevolking te supporten door een paar kerstfiguren te kopen. Later hoorde ik dat deze in het dorpje Tsjernobyl werden gefabriceerd, als ontwikkelingsproject. Vandaar dat ze zo’n licht gaven!

Blij met mijn ontdekking ren ik terug naar de woonkamer, de beeldjes hou ik hoog boven mijn hoofd. ‘Ze stralen van de kernenergie, radioactiviteit, geen wonder!’ schreeuw ik. Het kassameisje dat op de grond ligt, kreunt. ‘Nou als mijn pasgeboren kindje rare tentakels gaat ontwikkelen, weet ik wie ik voor de rechter ga slepen!’ Tussen haar benen, midden tussen het bloed en placentavocht ligt een pasgeborene. Het kerstkind huilt. Ik ren er op af. ‘Hallo nieuw stiefzusje, hallo dan!’ Dan kijk ik het kassameisje aan. ‘Gefeliciteerd, met je kindje! ‘ Het andere kassameisje begint opeens te schreeuwen. ‘Hé gast, kan je niet even stil zijn, we zijn tv aan het kijken hoor! En wil je niet zo naar mijn tieten staren?’ Nog altijd staat de tv op het zesde kanaal. Een kale nicht in een rolstoel rijdt rond op het podium. Hij gilt met hoge stem. ‘Meid, ik weet dat je nu zit te kijken, kom terug. Kom onmiddellijk terug, voordat er hier doden gaan vallen. Als je niet terugkomt gaan we ze een voor een afschieten. Enig hè? Is dat niet enig?’

Ik kijk weg van de tv. Naast me zit het kassameisje met de grote tieten. ‘Ik moet iets doen,’ zegt ze terwijl ze opstaat. ‘We moeten ze redden! We moeten de wereld redden! De tijd is gekomen om het op te nemen tegen Gerard Joling en een eind te maken aan de verderfelijkheid van SBS6. We moeten het kapot maken, voordat het ons kapot maakt. Maar ik kan het niet alleen, dus wie doet er met me mee?’ Het is doodstil in de kamer, alleen de baby huilt. Het kassameisje staat nog steeds en roept nu: ‘Steek je hand op als je met me meegaat!’ Ik kijk de kamer rond, maar zie geen handen. Wat een kutkerst is dit zeg. Nog erger dan het familiediner van 1999, waar oom Berald en tante Marie hun echtscheiding zouden aankondigen.

‘Dus ik doe mijn stinkende best om ons werk gewoon goed te laten verlopen, ondanks de omstandigheden en dat gaat zij gewoon bij de chef zitten klagen. Van zus en zo, en ik doe dit niet goed en ik doe dat niet goed. Luister je?’
‘Ja, ik luister.’ Oom Berald dronk zijn glas bier leeg.
‘Dus ik vraag haar waarom dat nodig was en dat ik vind dat ze overdrijft als een oud lijk in zee en dat ze me dat niet nog eens moet flikken. En dan van ja, zegt ze van zegt ze, maar ik bedoelde het niet zo en het leek me goed als er gewoon een derde persoon bij kwam kijken. Jaja, kijk en dan zeg ik tegen mezelf van trek je er niet te veel van aan, maar ja, dat helpt niet, ik slaap toch weer slecht.’
‘Tja, ik zou zo eigenlijk ook geen oplossing weten.’
‘Nee, natuurlijk niet. Natuurlijk heb jij geen oplossing, ik wil het gewoon even vertellen, begrijp dat dan. Ik wil die last van me afzetten.’
‘Oh, maar dat kan natuurlijk altijd, ik luister.’
‘Ik heb het dus net verteld. Ik weet niet of je dat weet.’ Tante Marie sloeg een kerstbal kapot op tafel.
‘Schatje, schatje..’
‘Noem me niet zo!’

Ik steek mijn hand op. Niet omdat ik nu zoveel zin heb om de strijd aan te gaan met de walgelijkste commerciële omroep van Nederland, maar omdat ik zie dat het kassameisje ziet dat ik zie dat ze bijna moet huilen. Dankbaar grijpt ze mijn hand en drukt er een slagersmes in. Dat zal ik nodig hebben, bezweert ze me. We werpen nog een laatste blik op de televisie, voordat we de deur uitstappen. ‘Ja, meid, je hebt nog een half uur om hier te komen en je vrienden uit de supermarkt te redden. Oh, spannend hè, ik houd d’r zo van!’

De volgende aflevering lees je hier.