Konijnen op Texels vakantiepark mogen worden afgeschoten

De voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Holland heeft een beroep van 2 natuurverenigingen tegen een door de provincie ontleende ontheffing op het doden van konijnen op een Texels vakantiepark ongegrond verklaard.

De beheerder van het park mag de konijnenpopulatie in stand houden door konijnen te doden.

Ontheffing
Het vakantiepark heeft sinds december 2020 een ontheffing van de Wet natuurbescherming voor het doden van konijnen, om een gezonde populatie in stand te houden. Uit de ontheffing blijkt dat de konijnen talloze gaten en holen hadden gegraven op het terrein en dat veel schade is waargenomen bij zowel de vaste vakantieaccommodaties als op de kampeerterreinen en bij de toiletgebouwen.

In april 2023 is een nieuwe ontheffing verleend voor 5 jaar om de schade die konijnen op het park veroorzaken te voorkomen. Uit een deskundigenrapport komt naar voren dat het park een plan van aanpak heeft voor de aanwezige konijnenpopulatie, onder andere bestaande uit het aanbrengen van hekwerken, rasters en weringen en konijnwerende korrels. Het afschieten van konijnen is het allerlaatste redmiddel om economische en lichamelijke schade door overmatig gravende konijnen te voorkomen.

Alternatieven
De natuurstichtingen zeggen dat er geen significante schade is aangetoond. Ook is volgens hen niet aangetoond dat de ontheffing nodig is om schade of overlast te voorkomen. Volgens de provincie zijn er geen werkbare diervriendelijker alternatieven mogelijk voor het beheersen van de grootte van de konijnenpopulatie op het park. Er zijn al veel maatregelen getroffen om schade te voorkomen. Van andere maatregelen zoals het plaatsen van klaphekjes (waardoor konijnen het park kunnen verlaten, maar dan niet meer terug kunnen komen) wordt onvoldoende resultaat verwacht, omdat het park een aantrekkelijke omgeving is voor konijnen. Afvangen en elders uitzetten is ook geen reëel alternatief, omdat dat risicovol is en lang niet altijd succesvol.

Naar het oordeel van de voorzieningenrechter staat voldoende vast dat een (te) grote  konijnenpopulatie in het park een concrete dreiging van belangrijke schade met zich meebrengt. De rechtbank is daarom van oordeel dat de ontheffing nodig is om schade door een snelle vermeerdering van de konijnenpopulatie op het park  te voorkomen. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft verweerder voldoende gemotiveerd waarom er geen goede alternatieven zijn voor het doden van de konijnen. De provincie mocht de ontheffing voor het doden van konijnen verlenen. De voorzieningenrechter verklaart het beroep daartegen dan ook ongegrond.