Hof van appel verwerpt wet tegen homohuwelijk

Een hof van beroep in New York heeft donderdag bepaald dat een Amerikaanse wet die het huwelijk omschrijft als een verbintenis tussen een man en een vrouw in strijd is met de grondwet. De verwachting is dat de kwestie binnen afzienbare tijd wordt voorgelegd aan het Hooggerechtshof.

Volgens het hof van beroep is er geen enkele grond om de Defense of Marriage Act te gebruiken om gehuwde homoseksuele of lesbische stellen rechten te onthouden. De DMA onthoudt federale erkenning van homohuwelijken en bevestigt het recht van de afzonderlijke staten om zulke verbintenissen al dan niet te erkennen.

Het hof van appel boog zich over de kwestie nadat een vrouw de overheid had aangeklaagd. Zij was het er niet mee eens dat zij na de dood van haar partner in 2009 voor 363 duizend dollar werd aangeslagen voor de successiebelasting. Zij waren al 44 jaar bij elkaar en in 2007 in Canada getrouwd.

Het hof deed uitspraak met twee stemmen tegen een. Rechter Dennis Jacobs schreef in het vonnis namens de meerderheid dat discriminatie van homoseksuelen en lesbiennes door de rechtbanken net zo hard moet worden aangepakt als de discriminatie van vrouwen in de jaren zeventig. Collega-rechter Chester Straub stelde in een afwijkend oordeel dat als de overheid de inhoud van het begrip huwelijk wil veranderen, 'dit in mijn overtuiging aan het Amerikaanse volk is'.

De Defense of Marriage Act werd door beide kamers van het Amerikaanse Congres aangenomen en door president Bill Clinton ondertekend toen het er in 1993 op leek dat Hawaï het homohuwelijk zou legaliseren. Inmiddels hebben veel staten huwelijken tussen mensen van hetzelfde geslacht verboden, maar hebben verscheidene andere ze juist gelegaliseerd, waaronder Massachusetts en New York. De Amerikaanse overheid heeft de federale wet steeds verdedigd, totdat president Barack Obama en minister van justitie Eric Holder de landsadvocaten begin 2011 opdroegen dit niet langer te doen.