Verdachte Schipholbrand op vrije voeten

Icoon JustitieDe verdachte van de Schipholbrand, waarbij eind oktober 2005 elf mensen omkwamen, komt vrij. Het gerechtshof in Amsterdam heeft dat vandaag bepaald. De Libiër Ahmed al-J. zat in voorlopige hechtenis in afwachting van zijn hoger-beroepszaak.

De rechtbank in Haarlem veroordeelde Al-J. in juni tot drie jaar celstraf wegens opzettelijke brandstichting in zijn cel in het cellencomplex op Schiphol-Oost.

Het gerechtshof besloot de hechtenis te schorsen in verband met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Hij moet zich wel aan een aantal voorwaarden houden. Het is hem verboden het land te verlaten en hij moet acte de presence geven bij de verdere behandeling van de zaak. Het is nog niet bekend wanneer het hof de zaak inhoudelijk behandelt.

De rechtbank achtte in juni bewezen dat de Libiër in zijn cel een brandende sigarettenpeuk heeft weggeschoten zonder op te letten waar die terechtkwam. Daarmee heeft Al-J. de het risico aanvaard dat brand zou ontstaan, aldus de rechtbank.

De ontwikkeling van de brand verliep dramatisch, onder meer doordat de bewakers die Al-J. uit zijn cel bevrijdden de deur open lieten staan. Als zij de deur gesloten hadden, had het vuur nooit zo snel om zich heen gegrepen. In een mum van tijd stond de gang waar de cellen op uitkwamen vol rook en liep de temperatuur zeer hoog op. De bewakers konden niet alle gevangenen bevrijden.

Oorsprong, oorzaak en toedracht van de brand worden opnieuw onderwerp van onderzoek, op verzoek van de verdediging. Het hof stemde daar in principe mee in, maar wil wel van Al-J.'s advocaat horen wie het onderzoek gaan doen.