Ambtenaren ontslagen door huizenhandel

Twee ambtenaren van de gemeente Utrecht worden alsnog ontslagen vanwege het feit dat ze, naast hun werk, handelden in onroerend goed.

Volgens wethouder Gispen heeft de affaire de relatie tussen burger en bestuur dermate onder druk gezet, dat de betrokkenen niet langer te handhaven zijn.
Dat is een wijziging van hun standpunt, want tot dusver was het gemeentebestuur van mening, dat voor ontslag van de ambtenaren in kwestie onvoldoende grond bestond. Schijn van belangenverstrengeling bij de handel in veelal monumentale panden, was juridisch niet een voldoende harde reden om tot ontslag over te gaan.

Maar door het groeiende onbegrip van de Utrechte bevolking menen adviseurs van het college een doorslaggevend argument in handen te hebben om alsnog die stap te nemen. Gispen houdt wel rekening met een afkoopregeling, maar hoop dat die mee zal vallen.