Film: Green Lantern
In de reeks superhelden die deze zomer de bioscopen aandoen is Green Lantern wellicht de meest ongebruikelijke. De naam Green Lantern is namelijk niet de benaming van een enkeling, maar de titel van een lid van het Green Lantern Corps. In de film Green Lantern zien we hoe Hal Jordan (Ryan Reynolds) wordt uitgekozen om deel uit te maken van dit intergalactische politieteam, dat 3600 'agenten' telt. Een Green Lantern is dan ook niet echt een 'super hero', maar een 'space cop'.
Toen DC Comics het personage Green Lantern introduceerde in de jaren '40, was hij wel degelijk een klassieke superheld. Gewoon een man met een magische ring en een cape die heldendingen deed. Hij had een groene lantaarn om zijn ring mee op te laden en hij was, zoals helden zijn, totaal in z'n eentje. Toen het personage na de Tweede Wereldoorlog minder populair werd, stopte men met de publicatie van zijn avonturen en de Green Lantern werd vergeten.
Kort voor de jaren '60 echter wilde men het concept van een man met een krachtige ring nieuw leven in blazen; een nieuwe Green Lantern werd bedacht, met een nieuwe oorsprong en achtergrond. De magie werd vervangen door wetenschap, de mysterieuze achtergrond van de ring door een science fiction-oorsprong. Deze Green Lantern droeg geen cape maar een uniform en was een lid van het Green Lantern Corps, een politieteam dat vanuit de centraal in het universum gelegen planeet Oa aangestuurd werd door de Guardians of the Universe. De Green Lantern in dit verhaal was Hal Jordan, een testpiloot die op een dag de ring kreeg doorgespeeld van een andere, stervende, Lantern en vanaf dat moment 'de eerste mens' in het intergalactische politiekorps was.
Het probleem met het Green Lantern-bronmateriaal is dat het een heel comic-specifiek onderwerp is. De ring wordt aangestuurd door de 'groene kracht van wilskracht', het Corps wordt geleid door kleine blauwe mannetjes (de Guardians) en ze zijn de politiemacht van het gehele universum. Gevechten - er wordt veel gevochten - in de comics vinden vaak in de open ruimte plaats, waarbij Lanterns hun ringen gebruiken om 'constructs' te maken; uit licht opgebouwde voorwerpen die ze bouwen met hun verbeeldingskracht en gebruiken als wapens. Het is alien tegen alien, met de ene allesvernietigende dreiging na de andere. Allemaal heel serieus, spannend en spectaculair, maar voornamelijk door het ontbreken van bewegende acteurs en special effects: de wereld van de Green Lantern comics leunt sterk op het belevingsvermogen van de lezer en de artistieke kunsten van de tekenaar.
Het is dit belevingsvermogen dat al door de filmmakers is ingevuld, wat de kijker de taak rest te geloven in en zich te vermaken met wat er wordt voorgeschoteld. Green Lantern doet dat niet slecht. De beelden zijn niet spectaculair, maar voldoende: het is voldoende geloofwaardig dat er een dergelijk politiekorps bestaat en dat zij hun ringen als enige wapens hebben. Het is voldoende vermakelijk om de verschillende Lanterns, van verschillende planeten en met verschillende lichaamskarakteristieken, te zien. Het is leuk om bekende karakters te zien in de (veel te korte) trainingsscènes van rookie Hal Jordan. De achtergrond en karakterisatie van Jordan; ook min of meer voldoende.
De grote dreiging van het verhaal is echter niet voldoende. Parallax, een entiteit van angst, is in de comics veel gevaarlijker en dreigender dan de stofwolk-met-een-gezicht die hier wordt afgebeeld. Voor iets dat de belichaming van angst moet voorstellen wekken Parallax en zijn aardse vertegenwoordiger maar weinig vrees op. De manier waarop hij door angst op te wekken in zijn slachtoffers zelf sterker wordt is wel mooi weergegeven, maar de manier waarop hij door Jordan bevochten wordt is te weinig spectaculair. Ook Jordans verhaal, van het moment dat de ring hem vindt tot het moment dat hij daadwerkelijk het grote gevecht aangaat, mist wat diepte en nodigt niet uit tot veel enthousiasme.
Al met al is Green Lantern een bewijs dat de comic wel degelijk een leven kan hebben in de bioscoop: het ziet er goed uit, van aardse straaljagers tot groene ring-constructs en van aliens tot de wereld van Oa. Visueel is Green Lantern prima in orde. Reynolds lijkt ook op zijn plaats, al voelt hij onwenniger aan dan je van een Hal Jordan zou verwachten. Tegenspeler Peter Sarsgaard is goed vreemd, eng en meelijwekkend als Hector Hammond. Blake Lively voldoet maar net als jeugdvriendin, werkgever en love interest Carol Ferris, maar veel te doen heeft ze niet, dus wie weet hoe ze het er in een eventueel tweede deel vanaf brengt.
Echter is het grootste minpunt aan Green Lantern het verhaal, dat voldoende inzicht biedt in het Corps, Jordans achtergrond en zijn beginperiode als Lantern, maar groter had mogen uitpakken en een meer beangstigende versie van Parallax had mogen neerzetten. Het is een inleidende film en een goede weergave van wat tot nu toe alleen in getekende vorm beschikbaar was, maar Green Lantern is de tweede comicverfilming in even zoveel premièreweken die er meer lijkt te zijn voor de lezers van de comics dan voor het grotere bioscooppubliek.