WWF: minder egels, meer zeearenden

2024 is een gemengd jaar als het gaat om het behoud van dier- en plantsoorten wereldwijd. Met veel soorten gaat het slechter, met sommige beter, volgens het rapport van de milieustichting WWF. "Dier- en plantensoorten verdwijnen in hoog tempo voor altijd van onze planeet", zegt Kathrin Samson, directeur natuurbehoud bij het WWF Duitsland.

Koralen, Borneo-olifanten, de Zuidoost-Aziatische junglebanteng en brilpinguïns zijn er volgens het WNF in sommige gevallen dramatisch op achteruitgegaan. En zelfs de egel, die oorspronkelijk uit Duitsland komt, kampt met problemen. Het aantal West-Europese egels, ook bekend als bruinborste egels, neemt sterk af. De soort is nu gecategoriseerd als "mogelijk bedreigd". 

Het WWF rekent ook de wolf, waarvan de beschermingsstaat in december door de Raad van Europa werd verlaagd, tot de verliezers. 

Bedreigde soorten
De Borneose olifant is nu zo zeldzaam dat er nog maar zo'n duizend in het wild leven. En de wereldwijde bantengpopulatie is ook aanzienlijk geslonken - de populatie wordt geschat op nog maar zo'n 3300 dieren. De soort is sinds dit jaar geclassificeerd als bedreigd, net als de Afrikaanse pinguïns: terwijl er 141.000 broedparen waren in 1956/57, zijn er nu nog maar ongeveer 9.900 paren, volgens het WWF. "De oorzaken zijn allemaal door de mens veroorzaakt: vernietiging van habitats, overexploitatie en stroperij, invasieve soorten, milieuvervuiling en de klimaatcrisis," benadrukte Kathrin Samson met betrekking tot de bedreigde soorten.

Volgens het WWF zijn de bedreigde soorten representatief voor duizenden andere bedreigde soorten. Volgens de huidige Rode Lijst van de International Union for Conservation of Nature (IUCN) worden ongeveer 46.300 soorten dieren, planten en schimmels als bedreigd beschouwd.

Lichtpuntjes: lynxen, tijgers, Siamese krokodillen
Naast de tegenslagen ziet het WNF ook lichtpuntjes: "Met lynxen en tijgers gaat het beter, Siamese krokodillen, zeeschildpadden en tonijn keren terug naar hun traditionele leefgebieden en ook de zeearend zit in de lift", aldus de stichting.

Volgens de stichting was de zeearend, de grootste Europese roofvogel, rond 1900 bijna volledig uitgestorven. Tegenwoordig leven er alleen al in Duitsland weer meer dan 1000 broedparen.

Strikte visverboden hebben effect
Blauwvintonijn, die lange tijd verdwenen was door overbevissing, duikt weer op in de Noordzee. Volgens het WNF zorgen strenge visverboden en de strijd tegen illegale visserij ervoor dat de populatie, die migreert in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan en paait in de Middellandse Zee, weer op een goed niveau is gekomen. De positieve voorbeelden laten zien dat er ondanks tegenslagen en crises nog steeds kansen zijn voor de natuur en ons mensen, aldus de stichting.