Vijf tot acht probiotica-doden onnodig
Bij het eerder in opspraak gekomen probiotica-onderzoek hadden de onderzoekers bedachtzamer te werk moeten gaan. Vijf tot acht mensenlevens hadden hierdoor gespaard gebleven. Deze conclusie trok Richard Gill, een Britse hoogleraar statistiek, gisteren in het actualiteitenprogramma NOVA. Volgens Gill hebben de onderzoekers er geen moment rekening mee gehouden dat probiotica gevaarlijk zou kunnen zijn. Daarnaast zijn er geen voorzorgsmaatregelen voor onverwachte bijwerkingen getroffen.
Gill, werkzaam in Nederland, nam de zaak Lucia de B. eerder al onder de loep. Hij vermoedt dat het wetenschappelijk belang boven dat van de patiënt gesteld is. Gill noemt het onacceptabel dat zelfs de onafhankelijke toetsingscommissie tot het einde van het onderzoek niet wist welke patiënten probiotica en welke patiënten een placebo toegediend hadden gekregen. Daarnaast verbaast Gill zich erover dat er van slechts twee van de 33 sterfgevallen melding is gemaakt bij de toetsingscommissie.
Professor Hein Gooszen had de leiding over het onderzoek. Hij erkent in NOVA dat de patiënten is voorgehouden dat wanneer het onderzoek niet zou baten, het zeker niet zou schaden. Volgens Gooszen beschikt Gill niet over alle gegevens en kijkt hij puur naar de statistieken. De conclusie van Gill dat de toetsingscommissie halverwege het onderzoek in had moeten grijpen, zodat er minder doden waren gevallen, noemt Gooszen dan ook te kort door de bocht.
De nabestaanden van één van de overleden deelnemers eisen een schadevergoeding van het Universitair Medisch Centrum (UMC) Utrecht. Volgens hun advocaat hebben onderzoekers niet nagedacht over de opzet en uitvoering van het onderzoek. Daarnaast zouden de patiënten te weinig gelegenheid hebben gehad om goed na te denken over deelname. Een van de patiënten zegt: "Ik verging zo van de pijn dat ik van de wereld was. Eigenlijk vind ik dat ze mijn vrouw hadden moeten laten tekenen." Door de pijn herinnerde deze patiënt zich niet eens dat hij een handtekening had gezet.
