Wetenschappers graven Deense astronoom op

Een internationaal team van onderzoekers heeft maandag het graf geopend van de beroemde zestiende-eeuwse astronoom Tycho Brahe. Zij willen zijn plotselinge en mysterieuze dood in 1601 onderzoeken.

Brahe werd geboren in 1546 en is begraven in de Týnkerk in Praag. Na onenigheid met de Deense koning liet Brahe zijn wetenschappelijke observatorium op het eiland Hven achter zich en vertrok op uitnodiging van de Heilige Roomse Keizer Rudolf II naar de Tsjechische hoofdstad. Zijn buitengewoon nauwkeurige waarnemingen van sterren en planeten droegen bij aan het ontstaan van de vroegmoderne astronomie.

Lange tijd werd aangenomen dat Brahe overleed aan een blaasontsteking, die volgens de legende een gevolg zou zijn van zijn weigering tijdens een receptie de etiquette te breken door naar het toilet te gaan.

Onderzoek in 1996 in Zweden en later Denemarken van haren uit zijn snor en van zijn hoofd -de haren werden bij een eerdere opgraving van zijn overblijfselen in 1901 verkregen- toonde een bijzonder hoge concentratie kwik aan. Hieruit ontstond de theorie dat Brahe zou zijn bezweken aan een kwikvergiftiging en misschien wel zou zijn vermoord.

Deze keer wordt het graf opengemaakt om overblijfselen te onderwerpen aan CAT-scans en een röntgentechniek die PIXE-analyse wordt genoemd. Op deze wijze moet worden vastgesteld dat Brahe in de laatste weken van zijn leven kwik tot zich heeft genomen via een pijnstiller die het metaal bevatte. De resultaten van het onderzoek worden volgend jaar verwacht.