Overnameverbod ABN AMRO blijft staan

Het tijdens de kredietcrisis genationaliseerde ABN AMRO mag geen overnames doen tot de bank weer grotendeels los is geknipt van de Nederlandse staat. Het Gerecht van de Europese Unie heeft dinsdag het besluit hierover van de Europese Commissie bevestigd.

De commissie legde het verbod op in 2011, naar aanleiding van herkapitalisatie van de bank door de Nederlandse staat. Zonder het verbod zou de interne markt te zeer verstoord worden, aldus mededingscommissaris Joaquín Almunia destijds. Het overnamebod moest ook voorkomen dat de bank overnames zou doen met de staatssteun die het herstel in de weg zou staan. ABN AMRO vond het acquisitieverbod echter veel te streng en te lang duren.

Het overnameverbod werd in eerste instantie opgelegd voor drie jaar. Dat kon worden verlengd tot maximaal vijf jaar, indien de staat na die drie jaar nog steeds meer dan de helft van de aandelen ABN AMRO in handen heeft. De bank wordt mogelijk begin volgend jaar weer naar de beurs gebracht.

De bank zegt in een eerste korte reactie 'teleurgesteld' te zijn over het besluit van het gerecht. De bank kan in principe nog in beroep gaan tegen de uitspraak bij het Europese Hof van Justitie in Luxemburg. Volgens een woordvoerder wordt de uitspraak echter eerst nader bestudeerd voor daarover een besluit wordt genomen.

ABN AMRO werd in 2008, samen met Fortis Nederland, genationaliseerd voor een bedrag van 12,8 miljard euro. Daarna werd de bank geherkapitaliseerd tussen 2008 en 2010 met ongeveer vijf miljard euro. Ook kreeg de bank liquiditeitssteun van bijna 72 miljard euro.