Hete Nacht (II)

'All of this in one man'
- Neil Morse (Spock's Beard)

*

Hete Nacht (I)

*

Bij het vage café stond de jongeman met de complete disco-installatie nog altijd verschrikkelijk harde dansmuziek te draaien. Nog altijd was de hele straat verder leeg.
"Gezellig, hier," zei ik nog maar eens een keer en deze keer waren het Annem en Ard die moesten lachen.
Op het Marktplein waren de Sjonnies bezig. Ze zongen niet, maar hielden een of ander lang en melig lulverhaal aan het publiek op te hangen. Het was er nog steeds niet erg druk en dus konden we gemakkelijk de Marktstraat in lopen. Bij het café 'De Flierefluiter' liep het al aardig vol. Op het podium buiten werd gesjouwd met grote kisten.
"Nou, dat kan nog wel effe duren," zei Mirror Eye.
"Hoe laat zouden die gasten beginnen dan?" vroeg Annem.
"Negen uur," zei Ard.
"Hoe laat is het nu?" vroeg ik.
"Negen uur," zei Ard met een grijns.
"Het ziet ernaar uit dat het voorlopig nog niet begint," zei Mirror Eye.
"Wat doen we?" vroeg Ard.
"Op naar de Sjonnies," opperde ik. "We hebben nog tot half twaalf. Want dan: op naar de Abba's."
"Ik wil nog wel even wat rondlopen," zei Annem. "Ik heb niet zo'n zin om de hele avond op dezelfde plek te staan."
"Ik zei al: we hebben nog tot half twaalf," antwoordde ik. "En dan: op naar de Abba's."
"Maar wat doen we nu?" vroeg Ard nogmaals.
"De Sjonnies," zei ik nogmaals en ik begon te lopen. Men liep met mij mee.

Op het Marktplein waren de Sjonnies inmiddels bezig met een superflauwe meedeiner.
"God, dit is erg," verzuchtte Mirror Eye.
"We blijven toch wel heel erg achteraan staan?" stond ik haar bij.
Naast ons stond een groep mensen erg hard mee te zingen.
"Kijk, daar staan nog meer Sjonnies," grapte Mirror Eye.
"Eigenlijk is dit optreden zó erg, dat het bijna weer leuk begint te worden," deed ik een poging om gevat te doen.
"Ach, als je in een flauwe bui bent, dan is dit heel best te pruimen," gaf ze toe.
"En dan komt nu onze grote hit: 'Dans je de hele nacht met mij'," kondigde ik professioneel aan en ik begon te zingen.
Mirror Eye lachte.
"Die hebben zij ook vertolkt, hoor!" onderwees ik haar.
"Wat? Ja, echt?"
"Wat? Ja, echt! Ze hebben er een ultramelige uitvoering van gemaakt met een ontzettend stomme eigen tekst en eigenlijk ken ik die niet zo goed." Ik ging verder met zingen.
"Wie wil er wat drinken?" vroeg Ard.
"Niet doen!" riep Annem. "Hier moet je drie gulden statiegeld op een plastic glas betalen."
"Ik heb geen tijd om te drinken," zei ik. "Ik sta te genieten van de Sjonnies. En dan nu onze grote hit: 'Dans je de hele nacht met mij'!"
De Sjonnies begonnen met hun versie van 'E viva España' en het hele Marktplein zong mee.
"Goh," vroeg ik aan niemand in het bijzonder, "hoeveel mensen op dit plein zouden doorhebben dat dit gewoon heel erg melig is en de grootst mogelijke onzin van de halve wereld?"
"O? Is dat zo? Ik vind het wel leuk," klonk de stem van Annem.
Ik keek opzij naar Mirror Eye, die zuchtend haar ogen ten hemel hief.
"Wat denk je, Mirror Eye," vroeg ik haar, "zou het podium van Captain Gumbo al opgebouwd zijn?"
"Laten we dat maar eens gaan bekijken," was haar antwoord en dus liepen we wederom naar de Marktstraat. Ard en Annem volgden ons. Achter ons hoorden we dat de Sjonnies hun optreden beëindigden.

Bij café 'De Flierefluiter' ging het fout. Ik liep bijna tegen Martin op, een kerel die ik ken uit het verleden, die ooit eens mijn goede vriend was, maar zich de laatste jaren gedroeg als een eersteklas zakkenwasser.
"Ha Bas," zei hij. Ik zei niets.
"Wie wil er nog wat drinken?" vroeg Ard en redde mij daarmee.
"Ik," riep ik.
Ard vertrok en ik liep met de andere twee naar voren.
"Weet je," vertelde ik Mirror Eye, "dat was Martin, een kerel die ik ken uit het verleden, die ooit eens mijn goede vriend was, maar zich de laatste jaren gedraagt als een eersteklas zakkenwasser."
"Nou, hij ziet er aardig geciviliseerd uit."
"Dat kan, want hij heeft weer een vriendin."
Mirror Eye moest lachen. We zochten een plekje vooraan bij het podium, zodat we de band goed konden zien.
Een vent met een accordeon stapte het podiumpje op en even later volgden er nog vier mannen. Meest opvallend was een vent in het zwart gekleed, met zijn lange haar strak naar achteren gekamd en een zwarte zonnebril op. Hij trok een sax tevoorschijn.
"Kan iedereen ons goed horen?" riep de man met de accordeon. "Staat de accordeon hard genoeg? De rest is niet zo belangrijk." Vervolgens begon hij aan zijn instrument te trekken en te duwen. Toen viel de rest van de band in.
"Shit," zei ik. "Dit is gaaf."
Mirror Eye knikte alleen maar. Ik keek om naar Ard en Annem. Aan het gezicht van Ard zag ik dat ook hij het leuk vond. Annem stond doodstil te kijken en ik verdacht hem ervan dat-ie terug wilde naar de Sjonnies. Of wie zouden er later op de avond spelen? Gordon? Tatjana?
Het eerste nummer was een kort nummer. De hele Marktstraat was inmiddels volgelopen en de band zette een volgend swingend stuk in. Dit groepje was goed. Erg goed.

Ik draaide me even om en keek achter me. Toen ik een paar rijen terug de kop van Martin zag, liet ik mijn blik snel terug gaan. In de beweging zag ik een lange ranke slanke lang-donkerharige jonge vrouw staan, in het zwart gekleed en met diep donkerbruine ogen. Even stond ik stokstijf stil.
"Wat heb jij?" vroeg Mirror Eye naast me.
"O, niets," herstelde ik me. "Ik dacht even een bekende te zien."
"Wie dan?"
"Die vrouw daar," wees ik. "Ze lijkt op Gerdox, maar ze is het niet."
"En wie is Gerdox?"
"Een belangrijk iemand, eveneens present in de komende week."
Hier kon Mirror Eye natuurlijk helemaal niets mee, en hoofdschuddend en glimlachend richtte ze haar aandacht weer op het podium.
"Het volgende nummer gaat over koeien," kondigde de accordeonist aan. "En we spelen het speciaal voor die cowboy daar."
Vlak naast het podium stond een man met grijs haar, een zwarte halflange jas met franjes eraan, een grote zwarte cowboyhoed en met zowaar een grijze Zappa-snor. De man glimlachte even en knikte naar de band. Captain Gumbo begon een country-achtige song. Opeens bewoog de cowboy zich naar de lege plek vóór het podium en begon er een serie duidelijk ingestudeerde danspasjes te maken. Zijn handen hield hij daarbij gewoon in zijn broekzakken. Niet veel later kwam een andere vent ook naar voren en ging naast hem staan. Even stond hij stil; toen viel hij in en maakte precies dezelfde pasjes. Na een halve minuut kwamen daar nog zo wat van die lui bij en uiteindelijk stonden er vijf types op een rij te bewegen, met hun handen in hun zij of in hun broekzakken.
"Als je daar zo naar kijkt, zijn het ontzettend lullige pasjes," riep ik in het oor van Mirror Eye.
De brede vrouw voor me draaide zich geërgerd naar me om. "Dit is een line-dance, hoor. Aangeleerd in Apeldoorn!"
"Al zou het aangeleerd zijn in Sierra Leone," beet ik van me af, "dan nog zou me dat aan me reet roesten. Ik vind het ontzettend lullige pasjes." Mirror Eye schoot in de lach en de vrouw begon nog veel meer uit te leggen over deze ontzettend lullige pasjes.
"Ik dacht dat de Sjonnies afgelopen waren?" vroeg ik er nogal hard doorheen, terwijl ik op het groepje dansers wees.
De vrouw had het kennelijk niet gehoord, want ze ging gewoon door met vertellen. Ik negeerde haar volkomen en richtte mijn aandacht weer op het podium.

Het ene schitterende nummer na het andere volgde. Cajun wisselde zich af met Zydeco en hier en daar klonk een verdwaalde polka, wals of blues. De accordeon bepaalde de sound en de sax en gitaar zorgden voor plezierige afwisseling in de solo's.
"We houden even pauze," zei de accordeonist veel te vroeg. "Over tien minuten zijn we er weer. Jullie kunnen die tien minuten benutten door onze cd te kopen bij de geluidsman."
"Laten we dat dan maar doen," zei ik tegen Mirror Eye.
"Ja," antwoordde ze, "laten we dat dan maar doen."
Samen wilden we naar achteren lopen.
"Gaan jullie de cd kopen?" vroeg Ard.
"Laten we dat maar doen," was mijn antwoord en ik wrikte me naar de geluidstafel met Mirror Eye in mijn voetspoor.
De cd kostte vijfendertig ballen en die legde ik graag neer. Ook Mirror Eye telde het bedrag uit en nam een plaatje in ontvangst.
"Zo, en dan nu op naar de handtekeningen," zei ik vastberaden.
Op weg naar het podium passeerden we Ard en Annem.
"Heb jij de cd gekocht?" vroeg Ard enthousiast. "Mag ik eens kijken?" Ik gaf hem het plaatje.
"Willen jullie hier nog blijven?" vroeg Annem.
Ik keek naar Mirror Eye. Die knikte. "Het is wel een leuke band. Ik wil er wel meer van horen."
"Ik ook," zei ik. "Wat spreken we af?"
"Ik wil in ieder geval nog even op het Marktplein gaan kijken," zei Annem.
"Tatjana begint pas om half één," zei ik nogal droog. "Maar we gingen voor de Abba's. Het is nu? Kwart voor tien? Dus om half twaalf bij de Abba's?"
"Is goed," zei Ard. "Tot zo." Snel verdwenen ze in de mensenmassa.
"En dan nu op naar de handtekeningen," zei ik nogmaals en ik trok een viltstift uit de binnenzak van mijn jasje.
De accordeonist hadden we snel gevonden, want die zat voor het podium een sigaret te roken. Hij wees ons de weg naar drie andere muzikanten.
"En waar is de gitarist?" vroeg ik aan de saxofonist, toen hij ons cd-boekje getekend had.
"Die zit daar op het podium.
"Aha, hoe kom ik bij hem?"
"Ga er maar naar toe."
Dat liet ik me geen twee keer zeggen en met een snelle beweging sprong ik het podium op.
"Neem die van mij ook even mee," riep Mirror Eye en ze gaf me haar cd.
"Meneer de gitarist," zei ik, terwijl ik over kisten en draden stapte, "nu hebben we wel jullie cd gekocht, maar nu moeten er wel handtekeningen onder, anders gelooft niemand thuis dat we jullie in het echt hebben gezien."
De gitarist pakte de boekjes en de stift van me aan en deed zijn plicht. Er stonden nu vijf handtekeningen vóór in het boekje.
"Fantastisch, bedankt," zei ik toen ik alles weer terugkreeg. Ik liep naar de rand van het podium en daar bleef ik even staan om de boekjes weer netjes in de doosjes te schuiven.

"Hé Bas, jij hier?" riep plots een heel bekende stem. Ik keek achter me, naar de zijkant van het podium. Daar zag ik haar. Zij was het. Cy. Wederom fantastisch gekleed en met spierwit gebleekt en kortgeknipt haar. Ze zag er mooi uit.
"Ja!" riep ik. "Hoe gaat het met jou? Tijd niet gezien!"
"Goed!" riep Cy terug. "Maar jij? Ik kom aanlopen en zie jou hier ineens op het podium staan! Speel jij hier? Want dan kom ik effe luisteren!"
"Was dat maar waar," zei ik, plotseling zeer ernstig van toon. "Nee, ik sta hier alleen maar om een beetje dom allerlei handtekeningen van de bandleden te verzamelen."
"O, is dat alles? Ik dacht dat jij hier optrad..."
Ik draaide me om naar het afwachtende publiek en schreeuwde nogal hard: "Sam en Moos lopen door de Kalverstraat...!"
Cy moest lachen en zei: "We gaan gauw weer verder, hoor!"
"Ho-oi!" riep ik haar na. "Veel plezier vanavond!"
Er kwam geen antwoord en ik sprong aan de zijkant van het podium. Bijna in de armen van Mirror Eye. Ik gaf haar één cd.
"Ik heb geen zak," zei ze.
"Ik wel," zei ik. Mirror Eye lachte en ik besefte dat zij had gedacht dat ik een heel flauwe seksistische opmerking had gemaakt. Ik deed alsof ik heel geërgerd was en zuchtte.
"Jaszak, bedoel ik. Sterker nog: ik heb er twee." Ze gaf haar cd weer aan mij terug en ik moffelde ze weg in de twee zakken van mijn jas. De ritsjes deed ik zorgvuldig dicht.
"En wie was dát daarnet?" vroeg ze.
"Dat," zei ik, "dat was de vrouw op wie ik ooit eens heel erg gek was. Maar dat was nog vóór ze er zo extravagant uitzag."
"O, maar wil jij nog wat drinken?" leek het wel of ze ontweek.
"Nou, eentje dan," loog ik.
"Laten we hem binnen gaan halen," stelde ze voor en ik ging haar voor. Vanuit een ooghoek zag ik ineens Erik, de gast die we ooit eens Van der Pee noemden.
"Hee Mirror Eye," siste ik, "weet je nog van een paar weken geleden bij het Jazzfestival? Dat we bij Sas stonden?"
"Sas?"
"Ja, Sas."
"Sas?"
"Ja. Saskia."
"Welke Saskia?"
"Saskia Laroo!"
"O, ja!"
"En weet je nog dat we toen die verschrikkelijk faute gast zagen met zijn faute vriendin? Nou, daar staat-ie." Ik wees.
"Hmm," oordeelde ze. "Hij ziet er met zijn ongeschoren kop nu veel minder geciviliseerd uit dan een paar weken geleden." Ik moest lachen en liep het café in.

"Eén bier en een cola," zei ik tegen de trut achter de tapkast en de trut ging mijn bestelling in orde maken.
"Wel een leuk café," zei Mirror Eye.
"Nou, het is een poosje berucht geweest in Apeldoorn."
"Hoezo?"
"Allerlei alternatief gespuis zou zich er ophouden en zich tegoed doen aan drank en drugs."
De trut achter de tapkast kwam met twee glazen en vroeg daar vijf gulden vijfentwintig voor. Ik betaalde en gaf Mirror Eye haar glas. We bleven aan de tap hangen en ik vertelde haar over deze kroeg.
Er dook een man op met een leren jack en die boog tussen ons door. "Sorry hoor," zei hij, "maar ik wil iets bestellen."
"Ja," zei ik, "je moet hier eerst iemand op de toonbank opensnijden of volneuken, wil je de aandacht van de trut achter de tapkast krijgen om een bestelling te kunnen doen. Wacht maar even." Ik draaide me naar de trut achter de tapkast en riep heel hard: "Deze meneer hier wil iets bestellen!"
Onmiddellijk kwam de trut achter de tapkast op me af.
"Een biertje graag," zei de man in het leren jack. Hij kreeg het vrijwel direct. "Bedankt," groette hij ons. Hij draaide zich om en verdween voorgoed uit mijn leven.
"Niet erg," zei ik hardop. "Maar waarom al die moeite voor één lullig biertje?"
Mirror Eye lachte. "Kom jij vaak in deze kroeg?" vroeg ze.
"Nee, de laatste tijd niet meer. Vroeger nog wel eens. Maar de laatste jaren komt het niet meer van uitgaan. Sinds kort is Luc oud genoeg dat we hem wel eens mee kunnen nemen, maar dan gaan we eigenlijk alleen maar naar 'De Dubliner'. Gewoon, omdat daar geen hond komt."
Mirror Eye lachte.
"Weet je," begon ik veel te serieus, "altijd als ik hier ben, verwacht ik dat ik haar tegenkom."
"Wie is 'haar' nu weer?"
"De vrouw die ik altijd 'mijn vriendin' noem."
"O, die."
"Maar ze is mijn vriendin helemaal niet."
"Straks moet je er verder over vertellen, hoor," zei ze. "Maar nu moet ik plassen."
"O," antwoordde ik teleurgesteld.
"Hou jij mijn cola een beetje in de gaten?"
"Is goed," zei ik bloedeloos. "Als het trouwens te lang duurt bij de damesplee, moet je gewoon naar de heren gaan." Ze liep glimlachend weg en ik volgde haar. Ze moest lang wachten bij de damestoiletten. Om haar glas cola te beschermen voor al te werkgrage trutten achter de tapkast die lege of halflege glazen zouden komen verzamelen, pakte ik het op. Ik keek weer naar de wc's. De deur van de dames ging open, iemand kwam naar buiten en eindelijk kon Mirror Eye naar binnen. Ik gniffelde en keek eens naar haar glas.

(Wordt vervolgd.)