Mark Tuitert is vervelend

Hij was al af, mijn column. Gistermiddag had ik hem al geschreven. Het ging over schaatsen [bruggetje], gemekker over de ijsbaan [bruggetje], en dan het belangrijkste, over de indrukwekkende successen van Shani Davis. Dat hij vannacht de 1.500 meter zou winnen leek me een uitgemaakte zaak. Niemand zou deze atleet van zijn tweede goud af kunnen houden.

Ik had het mooi gevonden. Shani is een sympathieke gast.
En daarbij, ik had mijn columns eens op tijd, zonder tijdsdruk geschreven.
Maar die vervelende Mark Tuitert gooide weer roet in het eten. En nou zit ik nog op zondagmiddag als een dolle te typen.

Het zijn mooie tijden voor de sport. Of door de sport zijn het mooie tijden, zoals u wilt.

Annette Gerritsen gaat serieus op haar muil op de 500 meter schaatsen – dat is mooi, klote voor haar natuurlijk, maar verdriet en ongeluk hoort ook bij de sportbeleving – maar herpakt zich indrukwekkend door het zilver te pakken op de kilometer. Op tweehonderdsten van een seconde achter Nesbitt. Lullig, maar daar moet je niet over zeuren. Nesbitt was sneller, punt.

In dezelfde race wist Laurine van Riessen in tweeënhalf rondje mijn hart te veroveren. Mogelijk jaag ik nu schaatsminnend Nederland in één klap tegen me in het harnas, maar ik had nog nooit van Van Riessen gehoord. Eigenlijk veroverde ze, nu ik er over nadenk, mijn hart vooral ná haar race. Het ontroerde me mateloos hoe ze vanwege de spanning op haar onderlip stond te kauwen toen de rijdsters na haar zich stuk reden op haar tijd.

Het is grappig. Iedereen lult me de oren van de kop over de vreselijke kwaliteit van het ijs. Er valt niet op te schaatsen. Iemand zei zelfs: mollenveld. Maar dan rijden twee Nederlandse schaatssters zich op het podium en dan hoor je niemand erover. Dan is het de kwaliteit van de rijdsters.

Dat geouwehoer over het ijs begint me zo de keel uit te hangen. Mensen die er verstand van hebben mogen erover spreken, maar laat ieder ander er over zwijgen. Om mij heen hoor ik zoveel mensen (vrijelijk) Mart Smeets citeren dat het niet geloofwaardig meer is. Ineens is iedereen ijsmeester. Het doet denken aan het EK/WK voetbal, dan is iedereen ook ineens bondscoach.
Als we dan verslaggevers gaan citeren waarom heeft niemand het dan over de hoek in het lichaam van Kramer of het bochten lopen van Kuipers? Daar hebben we evenmin verstand van.

Dat doen wij niet, wij zeuren graag. Tenzij Nederlanders succesvol zijn.
Mark Tuitert, daar heb je hem weer, de etter, veegde al het gezeur schitterend van tafel. Op de vraag of het met dit ijs een loterij was antwoordde hij: "nee, het is topsport. Wie het hardst rijdt wint."

(In de oorspronkelijke column kwam er nu een hilarisch bruggetje/stukje over de successen van Nederland bij het head-down bobsleeën, maar dat past niet meer. Bedankt daar voor Mark.)

Hoe slecht het ijs dan schijnbaar is, ik keek uit naar de 1.500 meter, ik bleef er zelfs voor wakker. Wel onder een dekentje op de bank, maar toch.
Mart Smeets deelde mee dat er een schaatser niet mee zou doen. Ik ben even zijn naam kwijt. Een Duitser geloof ik. Leeman of zo? Omdat hij ziek was geworden. Hoe verschrikkelijk is dat? Je werkt jaren toe naar de Olympische Spelen. Je past alles aan op jouw voorbereiding. En dan is het zo ver, word je ziek. Hoe verschrikkelijk moet dat zijn voor een sporter?

Ik dacht lang na over dat ziek worden. In de veronderstelling dat dat eigenlijk mijn enige verbazing zou opleveren tijdens deze 1.500 meter. Maar ik zat er zo naast.
Voor de dweil lag ik rustig onder mijn dekentje te kijken. Maar langzaamaan werd het steeds spannender. Het dekentje ging af. Het puntje van de bank werd opgezocht. Af en toe sprong ik zelfs op.
Ik was zwaar onder de indruk van Tuitert, maar ging er vanuit dat het niet genoeg zou zijn voor goud. Hoewel… Voor het eerst liet ik enige twijfel toe in mijn gedachten.

Ik haalde net al heel even het WK voetbal aan. Kunnen jullie je het geweldige wedstrijdverslag van Jack van Gelder nog herinneren, na het briljante doelpunt van Bergkamp? "BERGKAMP! DENNIS BERGKAMP! BERGKAMP! BERGKAMP! O OO OOO O! BERGKAMP! DENNIS BERGKAMP!"
Toen ik Davis boven de tijd van Tuitert zag rijden en uiteindelijk er zelfs boven zag eindigen, sprong ik op en rende als een nieuwe Jack van Gelder door de kamer. "TUITERT! MARK TUITERT! TUITERT! TUITERT! O OO OOO O! TUITERT! MARK TUITERT!"

Er zijn maar weinig olympische wedstrijden waar ik zo van heb genoten als deze. Wat een wedstrijd! Ik noem Tuitert natuurlijk wel "een etter" en "vervelend", maar dat is natuurlijk flauwekul. Hij is een held. De enige die hem iet wat vervelend zal vinden is waarschijnlijk Shani Davis. Sorry Shani.

"TUITERT! MARK TUITERT! TUITERT! TUITERT! O OO OOO O! TUITERT! MARK TUITERT!"