FOK!toen: Carnaval door de eeuwen heen
Het Bourgondische en het Rijnlandse carnaval
Uit het Algemeen Handelsblad van 25 februari 1938
Vanaf die tijd begon het carnaval zich over het Europese vasteland te verspreiden en kwam via Duitsland en Frankrijk ook in de zuidelijke provincies van Nederland terecht. In de daaropvolgende eeuwen zou de carnavalsviering in de diverse regio's aan verandering onderhevig zijn, waarbij elk zijn eigen tradities aan de feestviering toevoegden. Zo kennen we in Nederland een onderscheid van het Bourgondisch carnaval, dat voornamelijk in kroegen en feestzalen in Noord-Brabant, Zeeland en Gelderland wordt gevierd en het Rijnlands carnaval in Limburg, waarbij de festiviteiten meestal buiten plaatsvinden. Ook heeft men in Noord-Brabant de gewoonte om de naam van hun dorp of stad aan te passen terwijl men dat weer niet doet in Limburg. Wat wel overeenkomt bij beide varianten van het Nederlandse carnaval is dat men onder de Grote Rivieren uitbundig feest viert met veel verkleedpartijen, muziek, drank en grote optochten met prachtige praalwagens.
Uit het Nieuwsblad van het Noorden van 18 februari 1939
Tijdens de Tweede Wereldoorlog mocht men van de bezetters geen carnaval vieren, maar na de bevrijding in 1945 vonden de Limburgers dat oude tradities in ere moesten worden hersteld en ook carnaval viel daar onder. Vanaf 1946 werd er alweer feest gevierd en kon men door de economische vooruitgang ook steeds meer geld spenderen aan de viering van vastenavond.
Uit de Nieuwe Tilburgsche Courant van 10 februari 1934
Vanaf de jaren zestig was er in Nederland sprake van een grote carnavalsindustrie. Platenmaatschappijen sloegen ons om de oren met de meest banale carnavalskrakers, de zelfgemaakte vastenavondkleding kon echt niet meer en werd vervangen door kant en klare carnavalskostuums en werden er zelfs busreizen naar de zuidelijke provincies georganiseerd.
