Castlevania retrospective deel 1

Castlevania III: Dracula’s Curse
Door twee succesvolle delen was Konami verzekerd van een trouwe fanbase, maar de gemengde reacties op Castlevania II: Simon’s Quest zetten de ontwikkelaars wel in dubio welke kant ze met het derde deel op zouden gaan. Ze kozen ervoor terug te grijpen naar de concepten van het eerste deel met kleine veranderringen om het toch nog een originele toevoeging aan de serie te maken. Het resultaat, Castlevania III: Dracula’s Curse, wordt alom geprezen als de beste van drie Castlevania’s op de NES.

Het verhaal van Castlevania III speelt zich zo’n tweehonderd jaar voor de gebeurtenissen uit het eerste deel af in 1476. Graaf Dracula en zijn leger zijn de oorzaak van een spoor van vernieling en terreur dwars door Europa. De voorvader van Simon, Trevor Belmont, wordt door de kerk opgeroepen om het gespuis uit moorden. Die taak is alleen te groot voor één sterveling, zelfs voor een Belmont met de Vampire Killer, dus hij roept de hulp in van drie andere helden. De eerste is Sypha Belnades, een priesteres die gebruik kan maken van magische aanvallen. Grant DaNasty is de tweede held en hij is een bijzonder atletische piraat wat hem de mogelijkheid geeft muren te beklimmen en zijn sprongrichting in de lucht te veranderen. Tot slot is er de zoon van Dracula zelf: Alucard. Deze halfvampier kan dankzij zijn vaders genen vuurballen schieten en in een vleermuis veranderen.



Je speelt het spel als Trevor, waarbij je één van de drie andere helden kiest om je bij te staan in een level. Verder heb je de mogelijkheid je eigen pad te kiezen naar Dracula, wat betekent dat je zo’n tien van de vijftien levels per uitgespeeld spel kunt spelen. De keuze van het pad mede met de keuze van je metgezel bepaalt het einde van het spel. Dit stimuleerde spelers om de strijd met Dracula meerdere malen aan te gaan en mede door dit feit werd de game zo gewaardeerd. Gamers leken de RPG-elementen uit Simon’s Quest alweer vergeten te zijn en Konami ging dan ook verder met hun actie-avontuurinsteek voor Castlevania op de volgende generatie consoles.

Konami weigerde een kant te kiezen in de console-oorlog tussen Nintendo en Sega en besloot daarom om voor ieder systeem een eigen game te maken. De Super Nintendo Entertainment System (SNES) kreeg Super Castlevania IV en de SEGA Megadrive (ook wel SEGA Genesis genaamd) kreeg Castlevania Bloodlines. Maar voordat we deze twee pieken in de Castlevania-serie gaan bekijken moeten we nog een klein uitstapje maken naar de GameBoy want die kreeg ook nog drie eigen Castlevania-titels.

Castlevania: The Adventure
De eerste Castlevania op de GameBoy heeft eigenlijk maar bijster weinig verhaal. Je speelt als Christopher Belmont, een voorouder van Simon Belmont die honderd jaar voor diens avontuur (1576) ook de strijd aangaat met Dracula in Castlevania: The Adventure. Helaas was deze iteratie van Castlevania vooral te omschrijven als magertjes. Er waren vier levels met maar één eindbaas op het einde van het spel en dat was natuurlijk Dracula zelf. Verder waren er geen secundaire wapens en vulden de harten uit kaarsen dit keer je levensmeter aan. Het grootste probleem was de sloomheid waarmee Christopher zich een weg door de levels baande. Het speelde simpelweg niet lekker. Verder was de algemene kritiek dat het spel leed aan gebrek aan originaliteit. De kritiek werd door Konami verwerkt en het vervolg op Castlevania: The Adventure was dan ook stukken beter.



Castlevania II: Belmont’s Revenge
Verwarrend genoeg heette de tweede iteratie op de gameboy ook Castlevania II, maar nu dan met een andere subtitel als Simon’s Quest. In Castlevania II: Belmont’s Revenge besluit Dracula vijftien jaar na zijn nederlaag door Christopher zijn zoon, Soleiyu, te ontvoeren en te veranderen in een slecht wezen aan Dracula’s zijde. Natuurlijk gaat Belmont zijn zoon redden en Dracula wederom verslaan. Secundaire wapens waren opnieuw beschikbaar en de harten namen hun oude functie weer aan. De speler kon kiezen uit vier levels met ieder een eindbaas en als je alle vier tot een goed einde wist te brengen wachtte er nog een vijfde level. Al met al was Belmont’s Revenge zwaar superieur aan zijn voorganger. Het speelde een stuk vlotter en grafisch presenteerde het op het hoogste niveau van wat mogelijk was op de GameBoy en dat niveau bleven ze aanhouden in het tweede vervolg.


Castlevania Legends
De stijgende lijn van de handheld titels werd voortgezet met een derde deel genaamd Castlevania Legends wiens plot officieel niet bij de tijdlijn van Castlevania hoort. Het verhaal gaat over Sonia Belmont die in 1450 de strijd aangaat met (drie keer raden) Dracula. Tijdens Sonia’s uitputtende tocht loopt ze ook nog Alucard tegen het lijf die met hart en ziel op zoek is naar zijn vader om met hem af te rekenen. Uiteindelijk is Sonia degene die hem verslaat, maar voordat de oude bloedzuiger het loodje legt verkondigt hij stellig dat hij zal blijven terugkeren zolang het kwaad in de wereld leeft. Een concept waar veel op terug wordt gegrepen in latere games net als de reactie van Sonia Belmont. Ze belooft dat de Belmonts er altijd zullen zijn om een staak door zijn hart te boren.

De gameplay van Castlevania Legends steekt wat af met respect tot de andere titels in de serie. Sonia heeft geen subwapens, maar magie die ze kan gebruiken tegen inlevering van de gebruikelijke harten. Naast vijf soorten magie had Sonia ook nog de beschikking over de zogenaamde ‘Burning Mode’ waarbij ze tijdelijk onsterfelijk, sneller en sterker is. Dit kon echter maar één keer per level gebruikt worden.



Al met al is Castlevania Legends vrij ondergewaardeerd, terwijl het zeker een goed spel is. Het neemt wat vrijheden wat betreft de bekende Castlevania-formule, maar het is lang niet zo slecht als het bekendere Castlevania: The Adventure. Later zou natuurlijk blijken dat de handheld-markt perfect zou zijn voor de Castlevania-serie, maar zoals gezegd waren er eerst twee uitstekende games in het 16-bit tijdperk voor de concurrerende consoles. Waarna de SNES nog een poort kreeg van een Castlevania-spel dat al eerder op de PC was verschenen.