Sea Shepherd saboteert Japanse walvisjacht
Na een twee weken durend kat-en-muisspel heeft de actiegroep Sea Shepherd bij de Zuidpool het Japanse abattoirschip Nisshin Maru ontdekt, waarop gevangen walvissen worden geslacht en verwerkt. Sea Shepherd zegt hiermee feitelijk een eind te hebben gemaakt aan de Japanse walvisjacht van dit jaar, maar de walvisvaarders ontkennen dit.
Het schip van Sea Shepherd, de Bob Barker, stuitte maandag rond middernacht bijna honderd kilometer uit de kust op de Nisshin Maru. Met laserstralen en lichtflitsen maakten de actievoerders de Japanse walvisvaarders het werken onmogelijk en ze zeggen dit te zullen blijven doen.
"Ze zullen niet meer dan dertig procent van hun quota halen", zei de baas van Sea Shepherd, Paul Watson. De walvisjagers zeggen hun werk gewoon te zullen voortzetten. Het seizoen voor de walvisjacht duurt gewoonlijk tot eind maart. "De Sea Shepherd heeft nergens een eind aan gemaakt", zei de woordvoerder van de walvisvaarders, Glenn Inwood. De bemanning van de Nisshin Maru slaagde erin de Bob Barker op afstand te houden.
De commerciële walvisjacht is sinds 1989 verboden, maar Japan mag van de Internationale Walvisvaartcommissie jaarlijks grofweg duizend walvissen vangen voor wetenschappelijk onderzoek. Vlees dat niet voor onderzoek wordt gebruikt wordt verkocht voor consumptie en tegenstanders van de jacht zeggen dat het onderzoek voor Japan slechts een excuus is om walvisvlees te kunnen verkopen.
Sea Shepherd saboteert Japanse walvisjacht (Foto: Novum)
