Schippers krijgen compensatie voor kapotte sluis

Binnenvaartschippers en verladers die inkomsten mislopen door de kapotte sluis in het Twentekanaal bij Eefde krijgen schadevergoeding. Dat heeft minister van Infrastructuur Melanie Schultz van Haegen (VVD) besloten, meldt haar ministerie dinsdag.

De 'bijzondere situatie' voor de schippers is volgens de minister genoeg aanleiding voor een compensatieregeling. "Ik wil zoveel mogelijk voorkomen dat schippers of bedrijven in financiële moeilijkheden raken door langdurige discussies over schade of aansprakelijkheid."

Ze maakt hiervoor gebruik van een regeling uit 1999. Die maakt het mogelijk schade te vergoeden die is ontstaan door bijvoorbeeld onderhoud of de aanleg van waterstaatswerken. De regeling maakt het mogelijk een voorschot uit te keren, waarna het precieze schadebedrag wordt berekend.

De sluis in het Twentekanaal bij het Gelderse Eefde is sinds 3 januari gestremd. Die nacht viel een van de sluisdeuren naar beneden. Ruim veertig binnenvaartschepen liggen sindsdien vast voor de sluis. Veel bedrijven die hun goederen normaal via het kanaal vervoeren, hebben daarnaast kosten moeten maken voor vervoer over de weg.

Vrijdag kondigde verladersorganisatie EVO al aan een gezamenlijke schadeclaim voor te bereiden. De organisatie schatte de totale kosten voor alle bedrijven op vele miljoenen.

Het Twentekanaal is in handen van het rijk en wordt beheerd door Rijkswaterstaat. Rijkswaterstaat verwacht dat de sluis over zeven weken weer volledig kan worden gebruikt. Ook richt Rijkswaterstaat een noodhefconstructie in. Daardoor moet over drie weken al zestig tot tachtig procent van de schepen weer door de sluis kunnen.

Een langs het kanaal gevestigd bedrijventerrein in Hengelo en schippersorganisatie Koninklijke Schuttevaer schatten de schade eerder in op 2,5 tot 5 miljoen euro per week. De totale schade zou dan uitkomen op 12,5 tot 25 miljoen euro.