Werkstraf geëist voor plan kerk in brand te steken

Afgelopen vrijdag is 40 uur werkstraf, zes maanden voorwaardelijke celstraf en verplichte begeleiding geëist tegen een 18-jarige verdachte wegens het beramen van een brandstichting in een kerk in Ede. De brandstichting, die samen met twee minderjarige jongens uitgevoerd had moeten worden, ging uiteindelijk niet door: ''Je wilt stoer doen, maar als je er dan eenmaal staat is het tóch anders'', zei één van de drie voor de rechtbank in Arnhem.

De drie Marokkaanse verdachten kwamen op het idee in de roerige tijd kort na de moord op Theo van Gogh. Toen werd geprobeerd om brand te stichten in een moskee in Ede. Dan óók maar een kerk, zo dacht het trio.

De 18-jarige jongen zei tegen de rechter dat hij met zijn vrienden wasbenzine had gekocht, en vervolgens bij een kinderboerderij en een winkelcentrum had uitgeprobeerd of je daar wel brand mee zou kunnen stichten. Daaruit bleek dat kleine flesjes met wasbenzine het beste werkte. Ze wilden eerst wat ruiten ingooien bij een kerk en vervolgens de brandende flesjes met wasbenzine naar binnen gooien. Ze twijfelden echter welke kerk ze in de brand zouden steken. De keuze viel uiteindelijk op de gereformeerde kerk aan de Hoflaan. Maar toen ze licht zagen branden in de kerk krabbelden ze terug, bang dat er slachtoffers zouden vallen. Hierop verstopten ze de flesjes in de bosjes.

Voor de rechter zei de jongste verdachte dat hij helemaal niet van plan was geweest een kerk in de brand te steken. Eerdere verklaringen bij de politie zouden onder druk zijn afgelegd. De bezine was voor zijn scooter, zo zei hij. De advocaat van de 18-jarige bepleitte vrijspraak, omdat haar cliënt zelf van de brandstichting had afgezien. Uitspraak over 11 dagen. De twee minderjarige jongens worden in juni pas berecht, zij waren vrijdag slechts als getuige opgeroepen.