Laten we eens praten

Internet is groot, en het wordt steeds groter. Meer mensen, meer mogelijkheden, meer verleidingen en uitvluchten. Af en toe heb ik het idee, dat 'het internet' alleen nog maar een langere arm is van de toegenomen individualisering. Het lijkt er volledig op gericht te zijn zonder direct contact met anderen meer te doen. Boodschappen en vrijwel elk luxeproduct kun je online bestellen, en een loopjongen of postbode brengt ze aan de deur, voor een babbeltje met een familielid stuur je een e-mail, en als je snel wat 'vrienden' wil maken, registreer je je op een website om allerhande mensen te treffen. Met allerhande messengers kun je vervolgens de gesprekken wat uitdiepen, maar niet te, want wanneer je iemand weer zat bent, klik je hem of haar gewoon weer weg, of je antwoordt helemaal niet. Veilig en vluchtig, opgevuld met allerlei andere klusjes die je tijdens het praten wel kunt doen.

Laatst had ik een gesprek met een vreselijk leuke oudere barjuf in een van mijn favoriete kroegen. Riet heet ze, en ze heeft er al ruim twintig jaar horeca-ervaring opzitten. Terwijl ze me een overheerlijke warme choco met Baileys bereidt, en uit de radio het nieuwste hitje van poldermodelmuzikanten Coldplay genaamd Talk schettert, die met het penetrante melodietje dat je de hele dag wel zou kunnen horen, vertelt ze me dat ze het echte contact met mensen na al die jaren verloren is. Dramatische woorden, maar wat ze eigenlijk bedoelde was dat ze het vermogen was kwijtgeraakt om een gesprek te voeren, dat langer duurde dan de korte pauzes tussen bestellingen door. Mensen in een restaurant of bar lopen af en aan. Sommigen bekend, sommigen wat minder. Snelle woordenwisselingen over hoe het gaat, en vooral ook hoe het niet gaat. Weinig echte diepgang, maar vooral schijn-geïnteresseerd in elkaar om de tijd wat te vullen. Het goedkope praatje, dat je gratis bij je biertje van 1,50 euro wordt aangeboden.

Deze barjuf heeft er twintig jaar over gedaan om het wezenlijke contact met anderen te verliezen, maar zoals bleek uit een recent onderzoekje, kunnen jongeren van nu dat veel sneller. Dertien- en veertienjarigen zitten uren achter de computer, en beginnen al niet eens meer aan de echte gesprekken, wat tot de nodige psychische problematiek leidt. Het is wat sneu, een complete generatie zonder diepgang. Ouders hebben er vaak al geen zicht meer op, die zitten zelf achter het chat-apparaat, of surfen het hele web af op zoek naar nieuwe mogelijkheden om hun liefdeloze seksleven op te fleuren. Doodongelukkige gezinnetjes, die tijdens het eten aan tafel niet meer praten, maar daarna via het thuisnetwerk elkaar op de hoogte houden van hun probleempjes en avonturen van de dag. Belachelijk, maar het gebeurt, en zich maar afvragen waar die gevoelens van eenzaamheid, en onbestemdheid vandaan komen.

Gelukkig is er nog hoop. Mijn lieve Riet heeft het probleem zelf onderkend, en werkt eraan haar barpraatjes wat meer diepgang te geven. Nu de rest nog.