Realisme in oorlogsgames

Ubisoft en Gearbox zijn er maar wat trots op. “Beleef de slag om Normandië, het echte verhaal van echte helden” schrijven ze op het doosje. Ze gaan nog verder: “De nauwkeurigste weergave van Normandië 1944. Historisch correcte missies, omgevingen, wapens en tactieken”. Na het spelen van het spel kan ik niet anders dan ze gelijk geven. Het spel ademt sfeer en je hebt inderdaad het gevoel dat je de oorlog beleeft.

Dat is natuurlijk prachtig denk je meteen? Herbeleef de angst, de sfeer en ruik het angstzweet van je medesoldaten bijna, thuis op de bank. Schiet die kut-Krauts (zo werden Duitse soldaten genoemd door de Amerikanen in die tijd) maar kapot, nietwaar? Als je nog een oma of opa hebt die de oorlog heeft meegemaakt (of liever nog, iemand kent die veteraan is uit die tijd), nodig ik je van harte uit hier eens over te gaan praten. Vraag eens hoe het was, en vraag eens of het misschien leuk is om samen de oorlog opnieuw te beleven, lekker vanaf de bank in de woonkamer. Gewoon, omdat het zo spannend was, die sfeer eens even goed opnieuw te beleven, lekker wat oude herinneringen ophalen. Vroegah! *zwijmel*

Natuurlijk gaat het wat ver om dit aan iemand te vragen en natuurlijk trek ik hiermee de vraag wat ver door, maar je gaat je toch afvragen: is het toenemend niveau van realisme in spellen wel iets waar we naar toe willen? Heeft Rockstar met de Grand Theft Auto-reeks niet bewezen een topgame te kunnen maken – vol geweld mogen we wel zeggen – zonder een moment realisme na te streven? Moeten spellen als Brothers in Arms het enkel hebben van het feit dat het historisch correct is? Gearbox zegt dat elk muurtje en gebouw staat zoals het 60 jaar geleden stond. Dat elke grasspriet wuift als toen. Is deze overdaad aan realisme echter niet weggegooide energie, tenzij je oorlogshistoricus bent of tenzij je een 60-tal jaren geleden in het Franse Carentan woonde? En in hoeverre klopt het eigenlijk? Daarnaast kun je natuurlijk veel beweren, maar klopt het ook? Zijn de gebouwen wel op de millimeter nauwkeurig nagebouwd?

Tijd voor FOK!games dus om Normandië te bezoeken. Een stapel screenshots van opvallende gebouwen en wegen uit het spel meenemen dus. Het spel zelf gaat mee in de tas, evenals aanvullende informatie van de officiële website. En dan op pad. Een kleine 700 kilometer, dus na een halve dag rijden begint het Franse landschap zich langzaam te vormen naar het spel. Of andersom? In ieder geval is het een feest van herkenning wanneer je de Côte de Nacre van Normandië nadert. Grauwe gebouwen doen herinneren aan de vele oorlogsfilms en documentaires. Een opvallend groene omgeving eigenlijk nog, maar dat kan ook komen door het vrolijke zonnetje. Ons eerste doel is Carentan, het eindpunt van het spel. Carentan was bij de inval een strategische plek, want het was een van de verbindingspunten tussen Utah Beach en Omaha Beach. In Carentan – een fris en kleurig dorpje met leuke winkeltjes – vinden we een piepklein hotel en vervolgens is het tijd eens wat nauwkeuriger rond te gaan kijken.

We bezoeken achtereenvolgens Utah Beach, Foucarville en natuurlijk het bekende Ste-Mère-Église. We lopen door de straatjes van de oude dorpjes, klimmen in en over de bunkers op het strand en eigenlijk is er maar een resultaat: je wordt er stil van.


Heel stil. Ja, met Brothers in Arms is Gearbox er zeker in geslaagd een sfeervolle game neer te zetten. Hoewel we niet veel gebouwen en straten uit de game kunnen terugvinden is het duidelijk dat het gevoel klopt.

Dat we niet veel kunnen terugvinden is natuurlijk niet zo gek. Straten bestonden toen uit modderpaden en veel oude gebouwen uit die tijd zijn inmiddels ingestort of afgebroken. De geasfalteerde weg die nu door Foucarville loopt kan evengoed een heel andere route hebben gevolgd 60 jaar geleden. Kerken en historische gebouwen zijn wel herkenbaar en inderdaad goed nagebouwd in het spel. De grauwheid en kleurloosheid van het spel is verrassend realistisch want een vrolijke kleur is nauwelijks in de omgevingen te ontdekken. Behalve het groen overigens, want hoe grauw de dorpjes ook zijn, de natuur blijft prachtig.

Terug in de hotelkamer ben je kapot. Een lange reis achter de boeg, gecombineerd met de sfeer van een streek die bijna op een toeristische manier oorlog ademt. Brothers in Arms ziet er realistisch uit. Daarover kan geen twijfel meer bestaan.