'Student leert meer van toets met open boek'

Studenten leren meer van een toets als ze hun boek erbij mogen houden. Ze hebben uiteindelijk meer grip op de stof omdat zo'n toets hen dwingt verbanden te leggen, concludeert onderwijsconsulent Marjolein Heijne-Penninga. Zij promoveert volgende week op een onderzoek naar dit onderwerp bij het Universitair Medisch Centrum Groningen.

Als iemand later iets opdiept uit zijn geheugen, komen al de verbanden naar boven die hij heeft gelegd toen hij bij de toets iets over het onderwerp in een boek moest opzoeken. Als hij het boek er echter niet bij mocht houden, onthoudt hij volgens de onderzoeker vaak alleen het ene feitje dat hij moest onthouden.

Dit geldt echter alleen voor de lange termijn. In de eerste drie jaar van de studie zou het juist beter zijn om te stampen. De studenten zouden dan namelijk nog niet het 'grote plaatje' zien. Pas later valt alles volgens de onderzoeker op zijn plek.

De truc bij de openboektoets is dat studenten worden gedwongen samenvattingen te maken en andere literatuur te raadplegen. Toch schiet dat er bij de studenten die Heijne-Penninga onderzocht nogal eens bij in.

Dat komt volgens haar doordat de studenten te veel tijd krijgen bij het tentamen. Daardoor kunnen ze tijdens het tentamen alles in het boek opzoeken en hoeven ze niet van te voren een samenvatting te maken. Dat zou hen 'lui' maken. Om tot haar conclusie te komen, deed Heijne-Penninga onderzoek onder Groningse studenten geneeskunde. Dat de conclusie in het voordeel van de zogenoemde openboektoetsen uitvalt, komt het UMCG goed uit. De universiteit is volgens eigen zeggen de enige medische faculteit die structureel openboektoetsen afneemt. Dat gebeurt al vanaf het eerste jaar.