Duits verbod op hoofddoek op de werkplek is verenigbaar met de EU-wetgeving

Volgens een advies van het Europese Hof van Justitie zijn de Duitse regels voor een hoofddoekverbod op de werkvloer verenigbaar met de EU-wetgeving.

Volgens het rapport vormt het verbod op het zichtbaar dragen van politieke of religieuze symbolen op de werkplek geen discriminatie op basis van religie of overtuiging van werknemers. De federale arbeidsrechtbank in Erfurt en de arbeidsrechtbank van Hamburg hadden zich tot het Hof van Justitie gewend en gevraagd om een afweging van verschillende juridische belangen, zoals godsdienstvrijheid, neutraliteit en gelijke behandeling. Aanleiding van dit verzoek waren twee moslimvrouwen die een hoofddoek wilden dragen bij hun werk in een openbaar kinderdagverblijf en in een drogisterij. De werkgevers van hen verbood ze echter een hoofddoek te dragen.

Het advies is niet bindend voor het Hof van Justitie. In het verleden volgden rechters de aanbevelingen bij hun beslissingen echter vaak op.