Berlusconi vecht voor zetel in Straatsburg en Rome
De Italiaanse oud-premier Silvio Berlusconi vecht zijn uitsluiting van openbare ambten aan voor het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. Berlusconi zette woensdag voor de senaatscommissie die zich over de uitvoering van zijn straf voor belastingfraude buigt, de aanval in op de wet die voorschrijft dat veroordeelden als hij geen parlementszetel mogen innemen.
Volgens de advocaten van de mediamagnaat is het vonnis ongrondwettig. Staatsrechtdeskundigen bakkeleien al weken over de vraag of de wet, die voorschrijft dat iemand die tot twee jaar of meer gevangenisstraf is veroordeeld zich zes jaar lang niet verkiesbaar mag stellen, op Berlusconi mag worden toegepast. De conservatieve oud-premier was al senator toen hij werd veroordeeld. Hij hoopt de senaatscommissie zover te krijgen zijn uitsluiting op te schorten tot het Italiaanse hooggerechtshof zich over de gewraakte wet heeft uitgesproken.
Maar Berlusconi heeft nog een tweede ijzer in het vuur. Hij doet volgens Italiaanse pers ook zijn beklag bij het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. Dat zou Berlusconi's straf moeten afwijzen omdat die zwaarder is dan de wet voorschreef op het moment dat de oud-premier de delicten beging.
Het getouwtrek over de politieke toekomst van Berlusconi bezorgt de coalitieregering van premier Enrico Letta hoofdbrekens. Letta heeft de steun van Berlusconi's PdL, zijn regeringspartner, nodig om economische hervormingen door te kunnen voeren. Verscheidene houwdegens van de conservatieve partij hebben al gedreigd de regering ten val te brengen als hun leider zijn senaatszetel wordt ontnomen.
Woensdag zwichtte Letta voor een belangrijke eis van de PdL, het intrekken van een belasting op onroerend goed. Berlusconi's felle verzet tegen de impopulaire heffing was het grootste succesnummer van diens geslaagde verkiezingscampagne. Verscheidene PdL-parlementariërs hebben het continueren van de belasting een breekpunt genoemd. De regering zegt met ingang van volgend jaar 'lokale diensten' te willen belasten om de weggevallen vier miljard euro aan belastinginkomsten goed te maken.
