Ngo's op de korrel in Rusland

Justitie in Rusland is bezig met een massale zoekactie in de kantoren van honderden ngo's in heel het land. De presidentiële mensenrechtenraad van het Kremlin wordt overspoeld met klachten en vragen om opheldering. Onder de doelwitten van de zoekactie is ook mensenrechtenorganisatie Memorial.

De omvang van de operatie is ongeëvenaard, zei Pavel Tsjikov van de mensenrechtenraad. Veiligheidsinstanties, waaronder de FSB, opvolger van de KGB, hebben bij bijna tweeduizend organisaties een inval gepleegd. "Ze proberen zo veel mogelijk overtredingen te constateren", aldus Tsjikov.

De huiszoekingen worden verricht op bevel van het openbaar ministerie dat vorige maand opdracht gaf om te onderzoeken of religieuze, politieke en sociale ngo's zich schuldig maken aan de vaag omschreven 'extremisme'-wet. Deze wet werd in het leven geroepen voor de jacht op neonazistische elementen, maar wordt in de praktijk vooral gebruikt om de oppositie het leven zuur te maken.

Aanklagers maakten donderdag onaangekondigd hun opwachting bij het kantoor van Memorial in Moskou, een organisatie die mensenrechtenschendingen in kaart brengt. Zij werden vergezeld door belastinginspecteurs en journalisten van een Kremlin goedgezinde televisiezender en legden beslag op documenten die betrekking hebben op de activiteiten van de mensenrechtenorganisatie. De liberale krant Novaja Gazeta herkende een van de Kremlin-journalisten als lid van een team dat anonieme documentaires maakt waarin oppositieleden beticht worden van lugubere, aan de fantasie ontproten misdrijven.

De druk op ngo's in Rusland is sinds de terugkeer aan de macht van Vladimir Poetin vorig jaar sterk opgevoerd. Veel van deze organisaties fungeren volgens hem als dekmantel voor westerse regeringen om zich in Russische aangelegenheden te mengen. Vorig jaar werden door het buitenland gefinancierde ngo's verplicht zich te registreren als 'buitenlandse agenten', een beladen term die doet denken aan spionagepraktijken uit het Sovjettijdperk. Uiteindelijk liet het ministerie van justitie weten dat de wet in de praktijk onuitvoerbaar is.