Japan bezit sleutel tot succes verbod walvisjacht

Een langjarig verbod op de commerciële walvisjacht lijkt nabij, hoewel Japan nog roet in het eten kan gooien. Natuurbeschermers zullen proberen Tokio ertoe te bewegen volgende week in te stemmen met de vangst van minder walvissen om het verbod erdoor te drukken. Maandag komt de Internationale Walviscommissie (IWC) bijeen in Marokko om over het verbod te onderhandelen.

Toen de walvisjacht verwoestende gevolgen had voor diverse soorten, ging de IWC in 1986 over tot een verbod op de jacht. Japan, Noorwegen en IJsland maken echter gebruik van uitzonderingen op het verbod om jaarlijks enkele tientallen dieren te doden.

"Het verbod is een van de meest effectieve maatregelen voor natuurbescherming, maar het werkt niet omdat sommige landen buiten de IWC om kunnen blijven jagen", aldus Wendy Elliott, die als vertegenwoordiger van het Wereldnatuurfonds aan de bijeenkomst in Marokko deelneemt.

De Zuidelijke Oceaan rond het koude Antarctica vormt de spil van het verhitte debat. Het gebied werd in 1994 uitgeroepen tot reservaat, maar de Japanners jagen daar onder het mom van wetenschappelijk onderzoek. Elk jaar raken Japanse walvisvaarders in dit gebied slaags met natuurbeschermers van de milieugroep Sea Shepherd, maar de jacht heeft ook op diplomatiek gebied stof doen opwaaien. Australië heeft Japan voor het Internationaal Strafhof gedaagd, terwijl diverse landen zich hebben uitgesproken tegen de Japanse walvisjacht.

Een overeenkomst binnen de IWC lijkt bijzonder dichtbij, maar kan nog stuklopen op Japanse weerstand. Japan heeft laten doorschemeren akkoord te willen gaan met de vangst van minder walvissen, maar zegt niet bereid te zijn de jacht in de zuidelijke wateren bij Antarctica op te geven.