Herdenking massamoord Srebrenica begonnen

In Potocari in Bosnië en het Nederlandse Westerbork is de aanzet gegeven voor de plechtigheden ter herdenking van de massamoord in Srebrenica in 1995. Rondom Srebrenica houden overlevenden een herdenkingsmars. In Belgrado worden ondertussen Servische slachtoffers herdacht. Morgen is het precies tien jaar geleden dat de moslimenclave viel, nadat het door zo'n 10.000 Bosnisch-Servische troepen onder de voet was gelopen. De Bosnische Serven vermoordden vervolgens naar schatting tot 8.000 moslim-mannen en -jongens. De 700 gestationeerde Nederlandse militairen waren niet in staat de grootste massamoord in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog te voorkomen. Honderden inmiddels geïdentificeerde lichamen worden morgen bij de plechtigheden in Bosnië herbegraven. Maar vele lichamen zijn nog niet geïdentificeerd en veel mensen worden nog altijd vermist.

Wat vooraf ging
Om het uit de hand lopende etnische geweld in Bosnië te doen stoppen vroeg de VN Nederland in 1993 een bijdrage te leveren. Nederland stuurde een bataljon onder de naam Dutchbat naar het door de VN als veilig gebied aangewezen Srebrenica. In het voorjaar van 1995 waren er zo'n 50.000 vluchtelingen aanwezig, terwijl het gebied belegerd werd door generaal Ratko Mladic. Dutchbat moest aanvallen afweren maar de druk nam toe en er was duidelijk tekort aan mensen en materieel. Ondertussen voerden in de enclave aanwezige moslimstrijders onder leiding van Naser Oric aanvallen uit op Servisch gebied die veel slachtoffers eisten.

De val van Srebrenica
Op 6 juli 1995 trok het leger van Mladic de grens van de enclave over. Één voor één werden de Nederlandse legerposten onder de voet gelopen en de soldaten gegijzeld. Dutchbat-bevelhebber generaal Karremans had vanaf 6 juli herhaaldelijk om luchtsteun gevraagd; uiteindelijk zei de NAVO op 10 juli toe de volgende dag Servische stellingen te bombarderen. Na twee bommen eiste Mladic dat de luchtactie werd gestaakt, anders zouden de gegijzelde Dutchbatters worden gedood. De bommenwerpers verdwenen weer, en de val van Srebrenica was een feit.

De massamoord
Veel mannen en jongens in het kamp besloten de plannen van de Bosnische Serviërs niet af te wachten en vluchtten het omliggende bos in, waar ze werden beschoten en velen gevangen werden genomen. In de enclave zelf werden de mannelijke moslims van gevechtsleeftijd eruit gepikt. Mladic vertelde Karremans dat ze met bussen naar verderop gelegen moslimgebieden gedeporteerd zouden worden, waarop de Dutchbatters zelfs hielpen bij het scheiden van de mannen van de vrouwen en kinderen. In vijf dagen tijd werden vervolgens tot 8.000 mannen en jongens vermoord, in velden, voetbalstadions, fabriekshallen en langs de weg.

De nasleep
In Nederland volgde een onderzoek door het NIOD, een parlementaire enquete en de val van het tweede kabinet Kok. Het NIOD onderzoek wees uit dat de Nederlandse militairen de moorden niet hadden kunnen voorkomen, maar dat de VN en de NAVO de situatie wel schromelijk hadden onderschat. Zowel generaal Mladic als de Bosnisch-Servische politieke leider Radovan Karadzic worden gezocht door het Joegoslavië-Tribunaal wegens oorlogsmisdaden. De leider van de moslimstrijders Oric zit gevangen, zijn zaak wegens oorlogsmisdaden loopt op dit moment. Het identificeren van de resterende doden zal naar schatting nog tien jaar in beslag nemen.


Doodskisten wachten op herbegraving