Honkbal wordt ondergewaardeerd

Het stond er vrij lullig, vrijdag op de website van de NRC. "Nederland werd dit jaar toch nog een beetje wereldkampioen. Want waar de voetballers vorig jaar steken lieten liggen, veroverden de honkbalspelers de wereldtitel. De heren versloegen vorige maand in een zinderende wedstrijd de Cubanen, 25-voudig wereldkampioen, met 2-1. Vandaag werden zij gehuldigd. In Haarlem, de thuishaven van het Nederlandse honkbal."

Rot op! Hoezo, "een beetje" kampioen? Nederland werd kampioen, in een sport die in vele landen op zeer hoog niveau wordt gespeeld. Honkbal. Kijk, wanneer we voor de honderdste keer wereldkampioen korfbal zijn geworden, ach, dan volstaat een ererondje op een boerenkar in Nijkerk wat mij betreft wel. Want behalve in België wordt dat spel nergens ter wereld op een serieus te nemen niveau gespeeld. Of Europees kampioen klootschieten. Wordt eigenlijk alleen maar in het hoge noorden van ons land beoefend. Dus dat soort overdreven wereldkampioenschappen stelt -met verder alle respect voor de beoefenaars van zulke marginale sporten- erg weinig voor. Maar bij honkbal ligt dat toch wel wat anders. Die sport wordt niet lokaal, maar mondiaal op hoog niveau gespeeld, dus is wereldkampioen worden zeer beslist een topprestatie.

En we tellen mondiaal beslist mee. Al jaren. Een kort overzicht, met dank aan onze sportredactie: Nederland is al decennia de beste honkbalnatie van Europa. Al een keer of twintig werden we Europees kampioen en alleen Italië maakt het ons af en toe lastig. In de wereld maakt Nederland ook een goede ontwikkeling door. Op de Olympische Spelen in Sydney zorgden we al voor een stunt door Cuba te verslaan. Op de mondiale toernooien eindigde Nederland altijd ongeveer tussen plek 4 en 8, tot deze zomer dus. En de concurrentie is aanzienlijk. Naast Cuba en de VS zijn vooral Japan, Zuid-Korea, Puerto Rico en Venezuela sterk.

We herinneren ons nog de zinderende finale van Nederland tegen Cuba. We wonnen! Wereldkampioen. Ik wist het zeker, er zou een grandioze huldiging komen. In Amsterdam. Heel snel na het binnenhalen van het kampioenschap. Met een rondvaart. En dan op het Museumplein. Maar nee hoor. Niks.

Een paar weken later, als een soort mosterd na de maaltijd. Een huldiging in Haarlem. Niets mis met Haarlem, ik kom er graag, maar qua allure is Haarlem toch niet veel meer dan een kneuterige provinciestad. Om daar nu een nationale sportploeg een rondje over het Spaarne te laten varen, en daarna te huldigen op de Grote Markt... Ik vind dat echt wat minnetjes.

Amsterdam is de hoofdstad van ons land. Dát is de plaats, waar wij onze nationale sportteams die de eer van ons land hoog hebben gehouden door wereldkampioen in iets wezenlijks te worden, het eerbetoon dienen te geven dat ze toekomt. Dat dat niet is gebeurd, vind ik teleurstellend. En een belediging aan het adres van de honkballers die een prestatie van wereldformaat hebben neergezet. Ze een potje toejuichen op de Grote Markt van een achterafstadje, dat vind ik eigenlijk niet eens "wat minnetjes" zoals ik net schreef. Ik vind dat gewoon beschamend.

En waarom werd ons nationale voetbalelftal wél gehuldigd op het Museumplein? Die hadden toch verloren?