Theo Maassen: Kwetsende humor?

"Der Humor ist eine Eigenschaft des Herzens, wie die Liebe. Es gibt Menschen die nicht lieben können; wahrscheinlich sind es dieselben die keinen Humor haben. "

Rudolf G. Binding

Humor is een zeer moeilijk uit te leggen begrip, vind ik. Maar ik vind gevoel voor humor wel één van de belangrijkste eigenschappen van de mens. Zeker in deze jachtige, koude, op prestatiegerichte maatschappij kun je niet zonder gevoel voor humor.
Maar wat voor de één humor is, kan voor de ander kwetsend zijn. Leedvermaak kan erg grappig zijn, maar voor het onderwerp van het leedvermaak erg pijnlijk. Ik zag bij De Wereld Draait Door een filmpje van een presentatie van toetsenborden voor slechtzienden, waar één van de slechtzienden die de toetsenborden uitprobeerden, zowat met zijn ogen op de toetsen moest zitten om iets te zien. Ik rolde bijna van mijn stoel van het lachen, maar het lijkt me voor slechtzienden niet leuk om naar dat filmpje te kijken en dan te merken dat iedereen in de zaal bij Mathijs van Nieuwkerk dubbel ligt van het lachen.
Maar het kan ook anders. Begin jaren negentig van de vorige eeuw speelde ik samen met een blinde toetsenist in een cabaretgezelschap van ons bedrijf. Omdat de medewerkers in ons bedrijf altijd klaagden over het verschil in temperatuur tussen de ene helft van het kantoorgebouw en de andere helft, hadden we een sketchje bedacht. Twee van ons zouden op het toneel plaatsnemen. De een zou in verband met de warmte kledingstukken uittrekken en naar de ander gooien, die vanwege de kou aan zijn kant van het gebouw dat kledingstuk dan zou aantrekken. Een en ander begeleid door een toepasselijk lied. Toen we die sketch met zijn allen verder gingen uitwerken, merkte iemand op dat er eigenlijk een soort muur tussen de twee moest komen, zodat duidelijk zou worden dat het om twee verschillende ruimtes ging. Op dat moment zei de blinde toetsenist: “Dat kan. Dan ga ik daar wel staan als blinde muur.”
Humor is dus persoonlijk. Wat voor de één leuk is, vindt de ander kwetsend, of gewoon niets aan.
Als ik een grap maak over dikke mensen, dan is dat voor een hoop mensen leuk, behalve voor dikke mensen. Tenzij ik hem zo maak dat zij er ook om kunnen lachen. Het scheelt ook wel of degene waarover de grap wordt gemaakt aanwezig is of niet.

Een zeer pijnlijk voorbeeld is wel de spraakmakende voorstelling van Micha Wertheim, waarbij het publiek de zaal uitliep, omdat hij een gehandicapte die daar aanwezig was, tot onderwerp van zijn spot maakte. Op dat moment valt een eventuele dubbele bodem in de grap niet meer op. Zou er geen gehandicapte in de zaal zijn geweest en had Micha in het algemeen gesproken, dan zou niemand zijn weggelopen. Als de aangesproken gehandicapte hetzelfde gevoel voor humor zou hebben gehad als onze blinde toetsenist, dan zou hij misschien wel een komisch weerwoord hebben gegeven.
Micha had op de verkeerde manier, de verkeerde persoon belachelijk gemaakt.

Een ander voorbeeld is Theo Maassen.
Maassen maakte in zijn show ‘Zonder Pardon’ de opmerking: ‘Kinderen doe ik het klimaatneutraal. Als ik er eentje maak, maak ik er ook eentje koud’.
Veel mensen hebben zich daaraan gestoord. Televisiekijkers vooral, want de mensen in de zaal weten wat ze kunnen verwachten. Mensen die familiedrama’s hebben meegemaakt of een (klein)kind hebben verloren.

Mijn vrouw en ik hebben twee dochters. De oudste heeft een zoon die nu zestien is. Hij is in 1993 geboren. Vier jaar later was ze weer in verwachting. Alles verliep goed en in september 1998 kwam de tweede zoon. Tristan. Zij en haar man en kinderen woonden bij ons in de buurt en omdat ze allebei werkten, waren wij vaak oppas.
Het was een leuke baby met grote, donkere ogen waarin regelmatig pretlichtjes aanwezig waren. Ondanks het feit dat een baby niet kan praten, kun je er toch mee communiceren. En dan niet alleen op de zogenaamde ‘buurvrouwenmanier’. Je weet wel, die buurvrouwen die zich met een grote grijns over de kinderwagen buigen en de kleine dan lastig vallen met kreten als:
“Waar is hij dan, goetsiegoetsiegoetsie. Ach gossie, wat kijkt hij bang.”
Ja, logisch. Je krijgt als nietsvermoedende baby ineens een grote, grijnzende kop boven je die dingen zegt, die je niet begrijpt.
Een lach van mij, een blik in zijn ogen, een uiting van emotie door middel van een brulpartij. Dat was allemaal communicatie.
Als ik thuis was, vond ik het ook wel leuk om met de kinderwagen het parkje voor de deur in te gaan als de zon scheen. Even naar de eendjes kijken vanaf een bankje. Ik nam hem dan op schoot, gooide wat brood voor me en dan kwamen die slokoppen vanzelf naar me toe. Veel reactie kwam er nog niet uit Tristan, maar dat was logisch. Die hele kleine hersentjes moesten op die leeftijd alle indrukken eerst eens even rustig verwerken natuurlijk. Hij moest het onderscheid zien te vinden tussen de grijnzende buurvrouw en dat beest met zijn snavel. Bovendien moest hij het onderscheid tussen goetsiegoetsiegoetsie en kwak kwak beredeneren. Ik vond het leuk om dat proces van dichtbij mee te maken. Als vader had ik dat natuurlijk al meegemaakt, maar als opa is het anders.

Alles ging goed tot een paar weken later in oktober om 7 uur de telefoon ging.
Enigszins geïrriteerd nam ik op, want ik hoefde pas om kwart voor acht op te staan voor mijn werk. Maar ik was meteen klaar wakker.
“Dood!” klonk het aan de andere kant, “Tristan is dood!”
Tristan was de wiegendood gestorven. Dat bleek uiteraard pas later, omdat wiegendood eigenlijk betekent, dat niemand weet waaraan de baby is gestorven. Er wordt alleen onderzocht of er geen opzet of nalatigheid in het spel is en dat was er niet.
Zoiets blijft je altijd bij. Natuurlijk trof het onze dochter veel meer dan ons, maar ook voor ons was het een groot verlies. Een paar dagen voor zijn dood, had hij juist voor het eerst naar me gelachen, nadat ik gekke gezichten had getrokken.
Hij had dus beslist gevoel voor humor.

Zaterdag 2 januari 2010. Onze oudste dochter was met haar man en zoon bij ons op visite. Enige tijd na de dood van Tristan was haar man van haar gescheiden en via internet had ze een geweldig aardige Duitse man leren kennen, is daarmee getrouwd en woont sindsdien in Noord Duitsland. Maar rond de jaarwisseling zijn ze meestal bij ons, of we gaan gezamenlijk skiën.
Die avond was Theo Maassen op televisie met zijn show ‘Zonder Pardon’.
Zowel onze dochter als mijn vrouw en ik vinden de shows van Theo erg leuk. Harde humor, maar toch altijd met een boodschap. Mensen die de boodschap niet begrijpen, zullen zich zeker aan hem kunnen storen en misschien gaat hij ook wel eens te ver. Je kunt echter als cabaretier natuurlijk nooit met iedereen rekening houden.
Ook die avond hebben we allemaal weer smakelijk gelachen om zijn humor. Ook om het stukje over klimaatneutraal kinderen krijgen. Dat is net zo absurd als met een klimaatverpestende Boeing naar Canada vliegen om daarna dan een paar bomen te planten om de boel weer in evenwicht te krijgen. Daar wordt de aarde niet kouder van. Zo’n grap moet je relativeren en dan kun je er ook om lachen als je zelf zoiets hebt meegemaakt.

Gevoel voor humor heb je dus als je kunt relativeren. Ik weet zeker dat Tristans geest met ons mee heeft gelachen die avond.