'Zorg allochtonen lijdt onder politiek fatsoen'

Erfelijke aandoeningen die vooral voortkomen bij allochtonen worden niet of later opgespoord en daardoor onvoldoende behandeld. Dat stelt de Vereniging Klinische Genetica Nederland in een vertrouwelijke brief aan staatssecretaris van Volksgezondheid Jet Bussemaker (PvdA), die in handen is van het Nederlands Dagblad. De opsporing zou te wensen overlaten omdat artsen de etnische afkomst van patiënten niet registreren.

De genetici pleiten ervoor in bepaalde situaties de afkomst van patiënten in het medisch dossier te vermelden. Uit politiek fatsoen zou dit nu niet gebeuren. Artsen zijn volgens geneticus Piero Giordano van het Leids Universitair Medisch Centrum onterecht bevreesd te discrimineren. Kennis over aandoeningen zou daarom niet goed doordringen tot huisartsen en patiënten.

Erfelijke aandoeningen zoals een aantal vormen van bloedarmoede en mutaties van het borstkankergen, komen bij bepaalde bevolkingsgroepen vaker voor dan bij andere. Als iemands afkomst bekend is, kunnen artsen en laboranten gerichter naar aandoeningen zoeken en deze behandelen.

Bepaalde bevolkingsgroepen zouden verder genetisch anders reageren op medicijnen. Ook staat het taboe volgens de genetici wetenschappelijk onderzoek in de weg.