Pils met Wilders

In de rubriek Plat Haags nemen FOK!-columnisten en submitters het Nederlandse politieke en maatschappelijke landschap onder de loep.

Vooraf: onderstaande is niet echt gebeurd! Echt niet! Zelfs niet eens een heel klein beetje! Dus niet stiekem geloven dat het ergens wel een beetje waar is, want dan wordt Geert boos en daar zit ik niet op te wachten.

Het leek me wel eens leuk om een Driekje te doen, maar dan een beetje anders, want alleen maar bellen leek me saai. Ik heb dus even gemaild naar Geert Wilders dat ik wel een keer een biertje met ‘m wilde drinken.

Verbazingwekkend genoeg schreef Geert terug dat hij dat wel zag zitten, op voorwaarde dat hij de tijd en de plaats uit zou zoeken, want anders was dat met al die bewaking niet te doen natuurlijk. Langer dan een klein halfuurtje zou het sowieso niet worden. Geen geluids- of filmopnames en geen foto’s. Aantekeningen maken mocht wel.

Dat leek me een prima voorstel en zo kwam het dat ik op een zaterdagmiddag in een achterafkamertje van een niet nader te noemen café in een niet nader te noemen plaats met Geert Wilders aan een tafeltje zat. Allebei een glas pils voor ons en voor de gelegenheid mochten we zelfs binnen roken van de kroegbaas. Ons gesprek verliep als volgt:

De deur zwaait open, Geert komt binnen, we schudden handen, stellen ons voor (wat een heel rare ervaring is) en we gaan zitten.

Ik: Nooit gedacht dat je echt zou komen.
Geert: Ach, ik vond het wel een originele uitnodiging en ik was in de buurt.
Ik: Dan nog. Biertje?
Geert: Lekker. Zo, het is wel een tijdje geleden dat ik gewoon even in een café zat. (Steekt een sigaret op en biedt mij er een aan)
Ik: Dank je. Ja, ik kan het me voorstellen. Het lijkt me verschrikkelijk om constant van dat waakvolk in je nek te voelen hijgen.
Geert: Ach, het is niet anders. Ik zou er graag vanaf willen, maar het went.
Ik: Best ironisch dat de voorman van de Partij voor de Vrijheid al tijden geen vrijheid meer heeft.
Geert: Ik weet dus waar ik het voor doe.
Ik: Zo kun je het natuurlijk ook zien.
Geert: Goed pilsje trouwens. Smaakt me uitstekend.
Ik: Inderdaad ja. Hé, waar ik het even over wilde hebben, is die toch wat bijzondere manier van politiek bedrijven van de PVV. Ik bedoel... Nou, dit neemt toch niemand serieus?
Geert: De peilingen gezien? Ik zie daar heel veel mensen die de Partij voor de Vrijheid wel serieus nemen.
Ik: Ja, dat zal best, maar om verschil te kunnen maken zul je moeten regeren en dat gaat natuurlijk niet meer gebeuren na dat CDA/VVD-kabinet dat viel door jou.
Geert: Ik denk dat je je daarop verkijkt. Politiek is handel. Zakendoen. Als ze de mogelijkheid zouden krijgen, dan stappen zelfs D66 en GroenLinks nog met me in een coalitie. Maar dat ga ik niet doen natuurlijk, want dat zou politieke zelfmoord zijn.
Ik: Maar waar ik eigenlijk naartoe wil… In hoeverre meen je nou wat je allemaal zegt in de Kamer en in de media en zo?
Geert: Eerlijk gezegd moet je het zo zien dat ik namens de Partij voor de Vrijheid een bepaald standpunt verkondig dat ik dan zo verpak zoals de mensen in het land het zien. Dat die mensen zich erin herkennen. Die mensen zijn boos en die willen dat geluid horen. Wij brengen dat geluid.
Ik: Politiek op bestelling? Zij vragen, jij levert?
Geert: Daar hoef je niet zo neerbuigend over te doen. In een democratie heeft iedereen recht van spreken. Ook die hardwerkende mensen die niet meer terecht kunnen bij de plucheplakkende oude partijen.
Ik: Maar dan ben je dus eigenlijk domweg bezig om jezelf in de markt te zetten? Dat is toch geen politiek? Dat is politieke baantjes maken.
Geert: Mijn god, ja natuurlijk! Zo werkt het! Alle partijen zijn bezig om te overleven. Men noemt de Partij voor de Vrijheid populistisch, maar feitelijk doet elke partij hetzelfde: een gat in de markt zoeken, groter worden, de grootste worden. Daarom verschuiven partijpolitieke standpunten. Ze zeggen dat de Partij van de Arbeid zo vaak draait, maar iedereen draait constant. Net wat de mensen willen horen. Goed, de SGP doet dat niet, de ChristenUnie misschien ook niet, maar de rest… Absoluut. En wij van de Partij voor de Vrijheid zijn daar het beste in. Dat durf ik wel zo te stellen.
Ik: Vind jij de PVV populistisch?
Geert: Ja, en ik zeg erbij dat ik populisme geen scheldwoord vind.
Ik:
De kopvoddentaks?
Geert: Da’s alweer even geleden, maar dat was wel een aardig voorbeeld ja. Als dat als wetsvoorstel door de Kamer was gekomen, dan hadden we een probleem gehad. Maar ja, als de Noordzee opdroogt hebben we ook een probleem en dat gebeurt ook niet.
Ik: Uit de Europese Unie stappen?
Geert: Waanzin. Kan helemaal niet. Als we dat doen, dan is Nederland in één klap failliet.
Ik: Waarom laat je er dan onderzoek naar doen?
Geert: Dat is marketing. Geen bedrijf overleeft zonder marketing. Marketing is vreselijk belangrijk.
Ik: En als andere partijen langzamerhand je Europa-standpunten over gaan nemen?
Geert: Gaan ze niet doen. Als andere partijen meer onze kant opgaan wat Europa betreft, dan krijgt Nederland wat korting van Europa, er vervalt een regeltje over de exacte kleur van tomaten of we krijgen een commissariaatje. Politiek wisselgeld. Heeft alleen maar voordelen.  
Ik: Maar wat meen je dan wel echt?
Geert: De grote lijnen meen ik echt. Jij nog eentje? (Gebaart de ober door twee vingers op te steken)
Ik: Ja, lekker. De grote lijnen?
Geert: De grote lijnen ja. Nederland weer als fijn land om te wonen. Een land om trots op te zijn. Een land waar werken loont en misdaad bestraft wordt.
Ik: Maar dat wil toch elke partij?
Geert: Zeker. En die partijen gaan daar ook hard voor aan het werk.
(...)
Ik:
Wat is dan eigenlijk de toegevoegde waarde van de PVV?
Geert: Mensen willen dat we er zijn, dus we zijn er en we laten van ons horen. Wij vertegenwoordigen de mensen voor wie Den Haag geen oog heeft.
Ik: Je geeft wel een heel cynisch beeld van politiek.
Geert: Cynisch, realistisch, net hoe je het noemt. Heb jij ooit in je leven iets gemerkt van een bepaald kabinet? Is Nederland ineens anders als er andere partijen ministers leveren? Welnee. Onzin. De macht ligt bij de topambtenaren en de multinationals.
Ik: De politieke werkelijkheid is best hard.
Geert: Welkom in de wereld. Hé, ik moet er vandoor. Ga je nog wat doen met die aantekeningen van je?
Ik: Ja, ik ga er een column van maken.
Geert: Echt? Nou ja, je doet ook maar. Er is toch geen hond die het gelooft.
Ik: Ik zet er ook wel gewoon bij dat het volledig uit mijn duim gezogen is.
Geert: Ja, doe maar. Niet flauw ergens onderaan in kleine lettertjes, maar in niet mis te verstane woorden bovenaan. Op zo’n manier dat het voor iedereen direct duidelijk is. En je laat ook achterwege waar we nu zijn en ik wil ook niks lezen over beveiliging. Hoeveel, wat voor, hoe, je weet wel. Niets daarvan. Afgesproken?
Ik: Zit wel goed man, kalm aan! Goeie reis!
Geert: Groetjes!

Geert sluit de deur achter zich en ik blijf alleen achter. Ach, die Geert. Hoewel hij af en toe een beetje gek doet mag ik ‘m eigenlijk wel. Binnenkort trouwens eens kijken wie er nog meer voor pils te porren is. Ik vond dit wel bijzonder.