Schilderijen, zeefdrukken en zijn laatse nummer 'My way' wat op nu op single is uitgebracht zijn al gouden handel geworden, sinds de zanger/schilder/drugsgebruiker Herman Brood zich op 11 juli van het dak van het Amsterdamse Hilton-hotel stortte.
Op deze plek staat externe inhoud die niet van FOK! afkomstig is. Het tonen van deze inhoud kan ertoe leiden dat de externe partij (waar de inhoud vandaan komt) cookies op jouw computer of device zet. Hiervoor moet je eerst expliciet toestemming geven.Ik begrijp het. Toon deze inhoud; ik accepteer externe cookies.
Op de golven van de hernieuwde belangstelling voor Brood is nu ook Rock ' Roll Junkie, een serie interviews met mensen rondom Brood, in een herdruk verschenen bij uitgeverij Prometheus, met een nieuw nawoord door Martin Bril. In dit boek komen vriend en vijand, profiteurs en slachtoffers van Brood aan het woord. Eilander maakte eerder ook de gelijknamige bioscoopfilm over Brood.
Ook bij uitgeverij De Bezige Bij drijven ze mee op de golven van de publiciteit rondom de persoon Herman Brood. In overleg met de familie is nu Broods poëziebundel Zoon van alle moeders uit 1988 opnieuw uitgebracht. Met 'gedichten' als 'Wat zie je poep / moet je witte', 'Hele gewone jonge gebleve / jammer hè' en 'Uitgekiende wegwerppoëzie / 'k snap er geen moer van... / 'k ben héél boos op mezelf.'
Hella Janssen, van de afdeling publiciteit en promotie van uitgeverij Prometheus/Bert Bakker, wordt een tikkie boos als critici de uitgeverij betichten van lijkenpikkerij, danwel het op de markt brengen van 'roofgoed'. ''Natuurlijk is er een relatie met het overlijden van Brood, maar het is nu eenmaal zo dat door zijn dood de mensen ineens weer belangstelling hebben voor zijn boeken, platen, kunst, enzovoorts. We zijn een uitgeverij, denken ook commercieel, als er dan zo'n acute vraag is spelen we daar op in. Er is veel vraag, wij zorgen voor het aanbod.''
chrizz had ons via de newssubmit het volgende te melden:
Op deze plek staat externe inhoud die niet van FOK! afkomstig is. Het tonen van deze inhoud kan ertoe leiden dat de externe partij (waar de inhoud vandaan komt) cookies op jouw computer of device zet. Hiervoor moet je eerst expliciet toestemming geven.Ik begrijp het. Toon deze inhoud; ik accepteer externe cookies.
Een Amerikaanse onderzoeker stelt voor de dinosaurus te onderwerpen aan een neuscorrectie. Hij is er van overtuigd dat de vlezige neusgaten van de enorme dieren zich aan het einde van hun lange snuiten bevonden en niet vlak onder hun ogen, zoals experts ruim een eeuw hebben aangenomen.
"De neus is een opmerkelijk multifunctioneel orgaan", zei Lawrence Witmer, dinosaurusonderzoeker aan de Universiteit van Ohio. "Het lijkt mij gewoon meer voor de hand te liggen" dat de neus aan het eind van de snuit, net boven de mond gesitueerd was.
Witmer, auteur van een studie die vrijdag verschijnt in het blad Science, zei dat wetenschappers sinds de negentiende eeuw hebben aangenomen dat de neus van het uitgestorven dier zich net onder de ogen bevond. Op deze plek werden gaten aangetroffen in de gevonden schedels en de meeste experts vermoedden dat de daadwerkelijke opening naar buiten vlakbij zou zitten. Het weefsel van de neus zelf was te zacht om te fossiliseren en is daarom nooit teruggevonden.
Na de vondst van de eerste dinosaurusfossielen in de negentiende eeuw, dachten experts dat de dieren te groot waren voor het land en daarom wel zeedieren moesten zijn, zei Witmer. Omdat ze in het water leefden en de neusopening in de schedel vlakbij de bovenkant van de kop zat, redeneerden wetenschappers dat de neus daar dan ook zou moeten zitten. De neus zou dan als snorkel gediend kunnen hebben.
Later realiseerden wetenschappers zich dat de enorme dinosauriërs prima in staat waren om op het land te leven. "We hebben alleen nooit meer aan die neus gedacht", zei Witmer. "Die neus hebben we bovenop de kop laten zitten en nooit meer verplaatst."