Intelligent leven

In onze submit vonden wij dit stuk tekst over de wereld. de_commodore heeft er zijn kijk op de wereld eens op los gelaten op zijn toetsenbord

Een filosofisch artikel voor de mensen die daar zin in hebben. Veel mensen zien intelligent leven, en daarmee zichzelf, als het beste wat de natuur ooit heeft voortgebracht. Maar zijn intelligente levensvormen als de onze wel zo superieur? Intelligent leven lijkt perfect. De mens is bewust van zichzelf en van zijn situatie, en kan manieren bedenken om deze situatie te verbeteren. 

Met dank aan de_ Commodore voor de submit

 In tegenstelling tot de rest van de diersoorten op onze planeet, is de mens in staat om zijn omgeving en situatie totaal te veranderen in een zeer korte tijd. Wij ontwikkelen technologie om onze problemen op te lossen, en in de laatste vijftig jaar is die technologie de draagzuil geworden van menselijke samenlevingen.

Meer technologie staat garant voor een hoge positie op de sociale ladder: landen die de beschikking hebben over de meeste technologie heersen over de wereld en besteden het mindere werk uit aan groepen mensen, afkomstig uit de minder bedeelde delen van de wereld. Globalisatie = goedkope arbeidskrachten, arbeidskrachten die vaak diezelfde apparaten in elkaar zetten die de moderne eerste wereldlanden gebruiken om hun macht op het wereldtoneel te handhaven.  

Hoewel onze soort ogenschijnlijk de controle heeft over zichzelf en de planeet, is dit in de praktijk toch anders. De razendsnelle technologische vooruitgang van de laatste honderd jaar heeft de mens ook totaal afhankelijk gemaakt van de technologie. De technologie gaat vooruit en de mens volgt, want wat moet je anders? Wanneer je nu alle data op zou slaan in kluizen, en deze in 2040 weer zou willen raadplegen zal dit onmogelijk zijn: zowel bestandsdragers als bestandsformaten zullen niet meer bruikbaar zijn in de computers van de toekomst. Je blijft dus elke twee jaar investeren, om de technologie maar bij te houden.  We zijn dus verslaafd aan technologische vooruitgang. Maar een verslaving brengt negatieve effecten met zich mee. Hoewel we elke dag water drinken noemen we dat geen verslaving maar een behoefte. Een verslaving is meestal negatief, en de menselijke verslaving aan technologie is daar geen uitzondering op.

Één van de sterkste eigenschappen van onze soort is ook meteen onze achilleshiel: zonder technologie zou onze beschaving als een pudding ineenzakken, en zouden er vooral in de ontwikkelde delen van de wereld grote groepen mensen sterven aan voedselgebrek. De hoge bevolkingsconcentratie in Nederland is alleen mogelijk door een verregaande industrialisatie van de voedselproductie. Weet u hoe u een brood moet bakken, en zo ja, met welke ingrediënten? Zonder deze kennis, opgeslagen in kwetsbare technologie, zou u het in een post-technologische wereld nog geen maand uithouden.  Het is niet ondenkbaar dat in grote delen van de wereld de stroom uit zou vallen: een zonnevlam, een supernova op vele lichtjaren afstand, problemen met het aardmagnetisch veld, een aanslag, noem de mogelijke oorzaken maar op.

En met een steeds globaler vertakt stroomnet zal stroomuitval in één deel van de wereld de rest van het stroomnet zo zwaar belasten dat stroomuitval zich als een lawine zal verspreiden. Zonder stroom hebben we niets aan onze kassen en gentech-akkers, en zal het voedsel zeer snel opraken. Bedenk maar eens hoe snel de lokale supermarkt zonder bronwater zit na een storing in het waternet: meestal binnen een uur of drie.  Door de medische technologie is de mens als soort zwakker geworden. Mensen gaan niet meer dood wanneer ze een slecht pakket genen hebben, in tegenstelling tot andere dieren. Survival of the fittest, waarmee we toch ooit die intelligentie hebben verkregen, gaat dus in ons geval niet meer op. Zijn we op termijn dus gedoemd uit te sterven, omdat we worden ingehaald door efficiëntere levensvormen?      

Een ander probleem waar de mens totaal geen controle over heeft is de hierboven al kort genoemde bevolkingsgrootte. Sinds de 19e eeuw stijgt de wereldpopulatie exponentieel. Uit het verleden blijkt dat de wereldbevolking zich elke vijftig jaar verdubbeld. Met al onze voorbehoedsmiddelen en éénkindspolitieken zijn we er nog steeds niet in staat om deze exponentiele groei ook maar een klein beetje te verminderen.

En de gevolgen zijn nu al merkbaar. In veel derdewereldlanden, die vaak veel meer mensen herbergen dan het gebied qua productie aankan, slaat steeds vaker de vlam in de pan, en men emigreert dan ook massaal naar de rijkere en veiligere gebieden op deze planeet. In deze rijke gebieden begint de invloed van deze grootschalige immigratie zichtbaar te worden: de criminaliteit neemt toe, en de westerse democratieën geven uit wanhoop steeds meer vrijheden op in een futiele poging hun veiligheid te waarborgen.  

Het enige wat onze populatiegroei kan indammen is een grote oorlog, epidemie of hongersnood. Dit maakt ons in darwinistisch opzicht niet anders dan andere dieren: de meeste populaties in de natuur volgen een cyclisch patroon: als er veel hazen zijn komen er meer vossen, die de hazen opeten en vervolgens zelf sterven van de honger, zodat er weer ruimte is voor hazen, enzovoort, enzovoort.

 Als mens hebben we echter geen echte natuurlijke vijanden meer. De enige natuurlijke vijanden die we nog hebben zijn wijzelf - in de vorm van overbevolking met de daarmee gepaard gaande onrusten en rampen. Maakt dat ons nou zoveel beter dan de andere organismen op onze planeet? De aarde zal het een worst wezen: die draait nog wel een paar miljard jaar om haar as, met of zonder mensen.