FOK!Film op het IFFR: graag geziene gasten

Als je vaker naar het IFFR gaat, kom je geregeld bekende gezichten tegen. Niet alleen van bezoekers die ieder jaar terugkeren, hoewel dat natuurlijk ook leuk is, maar ook van filmmakers die dit festival een warm hart toedragen. Denk dit jaar bijvoorbeeld aan Johnnie To (actie!) of Chan-wook Park; zij waren er fysiek weliswaar niet bij, maar brachten wel voor een zoveelste keer hun film naar het festival. Wie er wel bij was? Fien Troch. Wie? Fien Troch, een vrouw om rekening mee te houden.

Home (Fien Troch)

Fien Troch is een Belgische filmmaker die in 2013 ook al aanwezig was om Kid te begeleiden, dit jaar is ze er met Home. En Fien verdient veel fans. Als je haar hoort en ziet praten, iets wat ze na deze film deed tijdens IFFR-live, wordt het duidelijk dat ze een heldere visie heeft en die weet ze heel knap over te brengen naar het witte doek. Bij Home kiest ze voor een 4:3 formaat, afgewisseld met iPhone-beelden, om voor een documentaire-achtige vibe te zorgen.

Het idee voor de film deed ze namelijk op nadat ze een documentaire had gezien, over een moeder die haar zoon misbruikte. De keuze voor dit beeldmateriaal zorgt ervoor dat je als kijker heel nauw betrokken raakt bij de personages, precies wat goed is bij een verhaal als dit. Maar de klasse van Troch is niet alleen terug te zien in het beeldmateriaal, want de keuze voor de soundtrack sluit naadloos aan bij de beelden. Johnny Jewel levert een synthesizersoundtrack op die voor een dromerig effect zorgt, en die gelijkertijd een gevoel van onbehagen en van sympathie opwekt. Dan weer is de sound wat meer up-tempo, dan weer wat langzamer, precies om die gevoelens van de tieners uit de film over te brengen aan de kijker. 

En dat is iets wat Troch bijna moeiteloos voor elkaar lijkt te krijgen. Home is geen lichte kost, maar je wordt er als kijker helemaal ingezogen. Niet in de laatste plaats door de jonge acteurs: ze kregen van Troch niet het volledige script, maar moesten reageren zoals ze in de voorgelegde situaties zouden reageren. Het resultaat: dat eerder genoemde dromerige en onbehaaglijke gevoel, dat ook weer perfect hand in hand gaat bij de manier van filmen en die waanzinnige soundtrack. Troch is dan geen wereldwijd bekende naam, maar op filmfestivals is ze zeker een naam om naar uit te kijken, want na het zien van Home kun je niet anders dan concluderen dat ze een indrukwekkend pareltje heeft afgeleverd met een donker randje. 

Ah-ga-ssi (The Handmaiden, Chan-wook Park) 

De Koreaanse regisseur Chan-wook Park kent elke filmliefhebber wel dankzij Oldeuboi, die harde en meedogenloze, maar oh-zo sfeervolle wraakfilm. Zijn films zijn ook al eerder op het IFFR te zien geweest, met Stoker in 2013 als zijn meest recente film. Die film mocht het festival toen zelfs sluiten, maar The Handmaiden wordt dit jaar als ‘reguliere’ publiekstrekker gebruikt. 

En die keuze is begrijpelijk. De film duurt met bijna tweeënhalf uur lang, en misschien ook net iets te lang, maar de film heeft een bepaalde magie die Park zo goed kan opleveren. Hij combineert mysterie, drama en humor met prachtige beelden en neemt je zo mee naar een periode waarin geld en liefde nog gestolen konden worden met een gehaaid plan. Dat plan pakt alleen iets anders uit dan vooraf bedacht en dat biedt mogelijkheden: Park kiest er namelijk voor het verhaal vanuit drie oogpunten (de klassieke drie aktes) te vertellen en zo steeds iets meer duidelijk te maken. Klinkt als een typische Park-film. 

Nu is het zo dat dit door het merendeel van het publiek enorm gewaardeerd wordt, maar ik vraag me af of de film wel echt zo goed is. Ja, de film heeft mysterie, en spanning, en nieuwe invalshoeken, en humor, en drama en is enorm sexy. Maar op de sexyness na heeft Park die facetten eerder toch met iets meer schwung behandeld dan in The Handmaiden. Het is nu vooral de lange speelduur die het spelletje net wat te lang laten duren en het had allemaal net even wat mysterieuzer en spannender gekund. Nu blijft de film echter bij zeer vermakelijke kost die op topniveau verzorgd is, maar er had meer ingezeten.