Chef Nationale Politie ontkent angstcultuur
Korpschef Gerard Bouman van de Nationale Politie herkent de beschuldiging van vakbonden dat bij de politie een angstcultuur bestaat, totaal niet. "Er kan geen enkele twijfel over zijn dat ik sta voor een open en transparante politieorganisatie", laat hij donderdag weten in een verklaring.
De politievakbonden NPB, VMHP, ANPV en ACP luidden woensdagavond de noodklok. De bonden horen steeds vaker van leden dat binnen de korpsen niet meer over problemen mag worden gepraat met de bonden. Volgens oud-AIVD-topman Bouman is dat niet het geval. "Wel vind ik het normaal dat collega's eventuele klachten en problemen op de eerste plaats met hun leidinggevende bespreken", zegt Bouman.
Volgens de bonden heeft Bouman de angstcultuur versterkt door een intern schrijven, waarin hij benadrukt dat er een grens zit aan het delen van informatie met vakbonden. De korpschef benadrukt in zijn reactie dat politiemedewerkers 'nu eenmaal' niet alles met elkaar of derden mogen bespreken. "Het delen van vertrouwelijke stukken, staatsgeheimen of teksten die nog in bewerking zijn, is eenvoudigweg niet toegestaan."
Het verwijt van de bonden dat steeds meer disciplinaire onderzoeken naar agenten worden ingesteld, wordt ook weersproken. Bouman stelt dat altijd een onderzoek volgt als politiemedewerkers vertrouwelijke informatie doorspelen aan derden. "Dat geldt zonder aanzien des persoons voor alle politiemedewerkers."
