Jasper S. voor rechter in Vaatstra-zitting

Jasper S., de melkveehouder die heeft bekend Marianne Vaatstra te hebben verkracht en vermoord, verschijnt woensdagmiddag voor het eerst in het openbaar voor de rechtbank in Leeuwarden. In een pro-formazitting wordt beoordeeld hoe de rest van de zaak moet lopen. Justitie legt de 45-jarige S. moord en verkrachting ten laste.

Tijdens de zitting wordt de zaak nog niet inhoudelijk behandeld, maar geeft de officier van justitie de stand van zaken van het onderzoek aan. De rechtbank kan de zaak vervolgens aanhouden voor maximaal drie maanden. De voorlopige hechtenis van S. wordt naar alle waarschijnlijkheid verlengd.

S. is aanwezig bij de zitting, maar krijgt naar verwachting nog geen gelegenheid om te spreken. Zijn advocaat Jan Vlug liet dinsdag weten dat zijn cliënt erg gespannen is. De raadsman mag woensdag nog vragen om verder onderzoek, maar liet weten daar waarschijnlijk geen gebruik van te maken.

Het psychologisch onderzoek naar S. is inmiddels afgerond, maar over de inhoud wil de advocaat nog niets kwijt. Het rapport werd niet opgemaakt in het Pieter Baan Centrum (PBC), maar ambulant in de gevangenis. "Er werd niet verwacht dat dit zinvol zou zijn bij mijn client en bovendien heeft hij uitgebreid verklaard over wat er is gebeurd", aldus Vlug.

Het lichaam van de 16-jarige Marianne Vaatstra werd op 1mei 1999 gevonden in een weiland in Veenklooster. Het meisje bleek te zijn verkracht en vermoord toen zij in de nacht na Koninginnedag vanuit Kollum naar haar huis in Zwaagwesteinde fietste. De melkveehouder uit Oudwoude werd op zondagavond 18 november aangehouden nadat hij dertien jaar lang zijn mond had gehouden. Uiteindelijk deed hij zelf mee aan een grootschalig dna-verwantschapsonderzoek onder achtduizend mannen die ten tijde van de moord in de buurt van de vindplaats van het lichaam van Vaatstra woonden.

Volgens zijn advocaat wilde hij zich laten betrappen, maar was de stap om zelf naar de politie te stappen te groot. S. bekende de moord en verkrachting al na tien minuten tijdens de eerste ontmoeting met zijn advocaat.

De Fries, die op slechts tweeënhalve kilometer van de vindplaats van Vaatstra woonde, kende het 16-jarige meisje volgens zijn advocaat niet. Hij zou haar toevallig zijn tegengekomen, toen hij 's nachts op zijn fiets was gestapt om 'zijn gedachten te ordenen'.