VN: wereldwijde drugsgebruik verandert
Het wereldwijde gebruik van drugs verandert. De vraag naar cocaïne en heroïne vlakt in de ontwikkelde landen af, maar neemt toe in ontwikkelingslanden. Dat blijkt uit een jaarlijks rapport van de Verenigde Naties dat woensdag verscheen.
De productie van opium en coca, de grondstoffen voor respectievelijk heroïne en cocaïne, namen toe in Birma en Peru. De toename was echter niet voldoende om de daling van de productie in Afghanistan en Colombia tegen te gaan.
Hoewel de productie in Afghanistan, de bron van 89 procent van alle opium wereldwijd, hoog blijft, is het mogelijk dat de productie van papaver, waaruit opium gewonnen wordt, dit jaar met een kwart daalt. De daling is het gevolg van een schimmel die heeft toegeslagen in de grootste productiegebieden.
De productie van coca in de Andes, die de afgelopen tien jaar is gedaald met 28 procent, daalde nog verder, voornamelijk als gevolg van pogingen de productie te vernietigen. De cocaoogst in Peru nam voor het vierde achtereenvolgende jaar toe. De productie in het Zuid-Amerikaanse land is de afgelopen tien jaar verdubbeld.
Terwijl het gebruik van cocaïne en heroïne afneemt, neemt het gebruik van genotsmiddelen en medicijnen wereldwijd toe. Het gebruik van dergelijke middelen is inmiddels groter dan het gebruik van opiaten en cocaïne samen, aldus het rapport.
"Mensen zeggen vaarwel tegen heroïne maar voelen zich niet aangetrokken tot cocaïne. In plaats daarvan gaan ze zulke hoeveelheden medicijnen gebruiken dat ze er aan verslaafd raken", aldus Antonio Maria Costa, de voorzitter van VN commissie voor drugs en criminaliteit. Costa maakt zich echter nog meer zorgen over toegenomen gebruik van heroïne en cocaïne in Oost-Azië en Afrika. Hij vreest voor een ramp als grote groepen mensen in ontwikkelingslanden afhankelijk worden van de drugs.
