De Toren van Oneindige Hoogte: Naar beneden

De deuren van de lift schoven open. Even speelde haar angst haar parten en dacht ze de bollen te zien die nog altijd voor de deur zweefden in afwachting van hun terugkomst, de machinegeweren in de aanslag, maar de gang was leeg. Strever had zijn arm ter ondersteuning om haar nek geslagen. Ze voelde zijn gewicht aan haar schouder trekken en hielp hem zo goed en kwaad als het ging door de gang. De vloer lag nog bezaaid met lege hulzen zodat ze moest uitkijken niet uit te glijden. Tegen de tijd dat ze het gat in de muur bereikten, stond het zweet op haar voorhoofd en hijgde ze onder de inspanning.
'Als je nog eens een leuk uitje weet', zei Erissy.
'Hé, jij bent zelf naar het hoofdkantoor gekomen. Daar had ik niets mee te maken.'
Terwijl Strever zichzelf leunend tegen de muur overeind hield, liet Erissy zich op haar buik zakken. De bol lag nog steeds in het gat en ze duwde er met al haar kracht tegenaan. Het ding rolde opzij, tot het tegen een stuk steen aankwam en niet verder wilde. Het was voldoende. Met de bol uit de weg zag ze grote serverkasten staan.
'Volgens mij hebben we geluk Strever.'

Strever stopte bij een van de kasten en drukte op een knop die aan de zijkant zat. Een paneel schoof opzij, waardoor een beeldscherm en een toetsenbord tevoorschijn kwam. Strever drukte op wat toetsen en op het scherm verscheen hetzelfde beeld wat Erissy eerder had gezien, met de stats van Thon. Strever tikte verder en op het scherm verscheen een loginvenster. Hij vulde zijn naam en password in. Zijn vinger bleef even hangen boven de enterknop.
'En nu maar hopen dat Unteto dacht dat het voldoende was om alleen de toegang tot de serverruimtes te blokkeren', zei hij en drukte.
Erissy verwachtte alarmbellen, maar op het scherm verscheen slechts de boodschap
[Welkom Strever. U wenst?]
Een cursor knipperde afwachtend in het scherm. Strever begon te tikken.

Erissy stond schuin achter Strever met haar armen over elkaar geslagen. Het geluid van schuivende stenen trok haar aandacht. Bij het gat in de muur bewoog iets en Erissy zag tot haar schrik de glimmende metalen bol langzaam van de grond komen. De bol klonk niet helemaal goed meer, het klonk alsof er iets los ratelde in zijn binnenste.
'Strever.'
'Nu niet Erissy.'
'Strever!'
'Erissy. Als je het niet erg vindt...'
'STREVER!'
'WAT?'
Strever keek op en zag de bol met horten en stoten op ze af komen, 'kut! Niet weer!' Hij begon nog wat sneller te tikken.
'Strever. We moeten rennen!'
'Rennen? Ik kan nog niet eens lopen, zo brak ben ik. Onze enige kans is als ik dit snel voor elkaar krijg. Dus als je je mond even zou willen houden.'
De klepjes aan de zijkant van de bol schoven open. Er was echt iets mis met het ding, want maar één van de wapens kwam naar buiten. Uit de andere kant kwam het knetterende geluid van kortsluiting en kringelde rook.
'Kun je de bol misschien afleiden?' riep Strever.
'Afleiden? Waarmee?'

Erissy keek van links naar rechts en daarna weer naar de bol. Er was eigenlijk maar één uitweg. Ze nam een sprong en dook onder de bol door. Eenmaal achter de bol, graaide ze een stuk baksteen van de grond en wierp het met een precisie waar ze zichzelf mee verraste, op het glimmende metaal. Het ding draaide in de lucht naar haar toe en liet een salvo kogels los. Erissy voelde een kogel vlak langs haar gezicht schieten, dook ineen, en kwam er meteen achter waarom de bol normaal twee wapens had. De terugslag zorgde ervoor dat de bol spinde om zijn as en moeite had om weer recht te komen. Ze graaide nog een baksteen van de vloer en gooide. De steen ketste af van het metalen oppervlak. De bol draaide zich met moeite weer naar haar toe. Ze had zijn aandacht weer. Nu maar hopen dat hij haar zou volgen, zodat Strever zijn werk kon afmaken. Erissy kroop door het gat naar buiten, kwam overeind en zette het op een rennen. Achter haar ramde de bol de rand van het gat, schampte de vloer van de gang en vloog met een klap tegen de wand. Hij herstelde zich snel en zette de achtervolging in. Erissy rende zo hard ze kon. Achter haar ratelde het machinegeweer van de bol. De kogels sloegen in in de muur naast haar. Ze voelde de scherpe steken van stenen schilfertjes die door de kogels uit de muur geslagen werden. Het was bijna niet mogelijk, maar Erissy wist nog ergens de kracht vandaan te halen om nog harder te rennen. Ze draaide een hoek om, en nog een, en nog een, en stopte. De gang ging niet verder. Ze draaide zich om en wilde terugrennen, misschien kon ze weer onder de bol doorduiken, maar het was al te laat. De bol zweefde voor haar in de gang en blijkbaar had het een manier gevonden om zijn stabiliteit te verbeteren, want het wapen was precies op haar gericht. Ze kon geen kant meer op. Erissy kneep haar ogen dicht en vroeg zich af of het pijn zou doen.