CD: The Melvins - Everybody Loves Sausages
Het is dit jaar alweer dertig jaar geleden dat de Amerikaanse band The Melvins werd opgericht. Sindsdien heeft de groep ons bestookt met een immense lading albums, waarop we een rijk scala aan muziekgenres voorbij hoorden komen. Op Everybody Loves Sausages laat de groep ons horen, waar ze in al die jaren de mosterd vandaan haalden.
Waar veel bands zich er gemakkelijk afmaken door een album te maken, waarop ze gewoon hun favoriete liedjes spelen, weten Buzz Osborne, Jared Warren, Dale Crover en Coady Willis er iets heel bijzonders van te maken. Op Everybody Loves Sausages laat de groep niet alleen hun geliefde bands voorbijkomen, ook nodigden ze een groot aantal bevriende muzikanten uit om een gastbijdrage te doen aan dit zeer gevarieerde album. Het album opent meteen goed met een fantastische cover van Venom's single Warhead uit 1984. Samen met zanger en gitarist Scott Kelly van de band Neurosis beuken The Melvins zich door dit klassieke stuk blackmetal. Van Venom naar Queen is een stap die maar weinig artiesten durven te maken, maar The Melvins malen er niet om. Met een intro dat klinkt alsof het op een 8-bit Nintendo is gemaakt steken de mannen Queen's '(You’re My) Best Friend' samen met Tweak Bird-zanger Caleb Benjamin in een modern jasje. Bij 'Black Betty' lezen we dat de groep de originele uitvoerende artiest niet kent. Dat is op zich een beetje vreemd, aangezien de meeste muziekkenners toch wel weten, dat het eerbetoon aan de beruchte gevangenenzweep in 1933 werd geschreven door James 'Iron Head' Baker. In nog geen twee minuten jaagt de groep door de klassieker, die vooral bekend werd door de uitvoering van eendagsvlieg Ram Jam in 1977. Samen met Mark McLaughlin, bij de meesten beter bekend onder de naam Mark Arm (Green River, Mudhoney) gaat de groep vervolgens los op een fijne bewerking van The Scientists' 'Set It On Fire'.
Na het eerbetoon aan de Australische post-punkband is het tijd voor één van de muzikale hoogtepunten op Everybody Loves Sausages. Samen met J. G. Thirlwell (Foetus, Nurse With Wound, Wiseblood en vele andere bands) stort de groep zich op een zeer indrukwekkende en dik 11 minuten durende coverversie van David Bowie's absolute meesterwerk 'Station to Station', waarbij de band het origineel op angstaanjagende wijze weet te benaderen. 'Attitude' was oorspronkelijk het openingsnummer van het album Low Budget uit 1979 van The Kinks. Met behulp van Blondie-drummer Clem Burke maken The Melvins er een heftig stuk hardrock van, zoals alleen zij dat kunnen. Ook Harris Glenn Milstead oftewel Divine ontkomt niet op dit verrassende album. The Melvins mogen op het hoesje dan wel vermelden Divine aka John Waters, maar dat klopt dus niet. John Waters was slechts degene die de artiestennaam verzon voor de 170 kilogram wegende travestiet. Uiteraard werd er niet gekozen voor het alom bekende 'Shoot Your Shot', maar gaan de mannen voor de titelsong van een obscure John Waters-film uit 1974 waarin Divine zijn/haar debuut maakte. 'Carpe Diem' van The Fugs is een track die we ook al kennen van de split-ep New Years Eve Ball Room Blitz, die de groep vorig jaar samen met Red Kross op 12-inch uitbracht. The Pop-O-Pies was een punkband uit San Francisco, met in haar gelederen diverse bandleden die we later tegen zouden komen in bands als Faith No More en Mr. Bungle, die ooit door de LA Times werden omschreven als de allerslechtste punkband aller tijden. In 1981 verscheen The White EP waarop we ook 'Timothy Leary Lives' aantreffen, een punknummer dat door The Melvins minstens even rammelend op Everybody Loves Sausages is gezet.
Concertposter Haarlem, Patronaat 25 april j.l.
Samen met punkpionier Jello Biafra (Dead Kennedys) en oud-Melvins-bassist Kevin Rutmanis nemen The Melvins ons mee naar het jaar 1976, toen Roxy Music's album Viva! Roxy Music verscheen, waarop we ook 'In Every Dream Home A Heartache' aantreffen. In dik 9 minuten maken Biafra en The Melvins, die al eerder samen schitterden op de albums Never Breathe What You Can't See (2004) en Sieg Howdy! (2005), er een geheel eigen bewerking van, die het origineel doet verbleken. Na dit imponerende stuk muziek is het tijd voor een heerlijke punkcover van het Californische Tales of Terror, een bandje dat vooral bekend werd door ex-bandleden als Kurt Cobain en Mark Arm. 'Romance' laat ook al duidelijk een voorbode van het latere populaire grunge horen. Samen met Tom Hazelmyer, de oprichter van het roemruchte Amphetamine Reptile Records, wagen The Melvins zich vervolgens aan een prima cover van 'Art School' van The Jam, al laten de mannen het nummer wel klinken, alsof het van Anti Nowhere League afkomstig is, met een rauwe oi-punk benadering. Dan zijn we alweer aangekomen bij het laatste hoofdstuk in de spannende muzikale reis, door de muziekcollecties van de heren Melvins. Uiteraard gaat dat geheel in stijl met een zeer intrigrerende cover van 'Heathen Earth' van het Britse avant-garde gezelschap Throbbing Gristle. Met Everybody Loves Sausages heeft de groep een mooi overzicht gemaakt van de artiesten, die hun door de jaren wisten te inspireren en die The Melvins wisten te vormen tot het veelzijdige gezelschap, waarvan we tot op de dag van vandaag kunnen genieten.
Bo Diddley zong ooit: "You can't judge the book by it's cover", maar in het geval van Everybody Loves Sausages van The Melvins is dat geen enkel bezwaar.