Leraren Zuid-Afrika durven niet meer naar school
Zestien scholen in een arme voorstad van Kaapstad hebben donderdag wegens het oplaaien van een bendeoorlog voor twee dagen hun deuren gesloten. De leraren durfden niet meer naar hun werk. Twaalfduizend leerlingen moesten thuisblijven.
De schrik zit er in de arme voorstad Manenberg goed in - en met reden. Donderdag werd op een speelterrein in de buurt een lid doodgeschoten van een bende die bekendstaat als 'De Amerikanen'. De jongen was bepaald de eerste niet die ten prooi viel aan de machtsstrijd in de onderwereld van de verpauperde, overwegend zwarte voorstad op de Kaapse Vlakte.
De moeder van het omgebrachte bendelid smeekte donderdag om een eind aan de bendeoorlog. "Mijn hart is gebroken", snikte Aysha Ismail. "Er kunnen hier op straat soms wel honderd kinderen spelen. We hebben hier politiebescherming nodig."
Twee weken geleden werd een conciërge doodgeschoten, en afgedwaalde kogels raakten in diezelfde week een basisschool. Het ministerie van onderwijs van de provincie Westkaap heeft daarop na overleg met de leraren zestien scholen gesloten.
De Westkaapse premier Helen Zille vroeg woensdag om versterking van het leger, maar de politie voelt daar niets voor. De politie ziet meer in een 'geïntegreerde aanpak, waarbij de buurtgemeenschappen, ouders van drugsverslaafden, de overheid, hulporganisaties en andere betrokkenen' worden ingeschakeld.