PVV aangevallen op samenwerking Le Pen
De PVV is maandagmiddag van verschillende kanten aangevallen wegens de politieke samenwerking met het extreemrechtse Front National van Marine Le Pen. Dat gebeurde tijdens het debat over de zogeheten Staat van de Unie in de Tweede Kamer.
Verschillende politici wezen erop dat Jean-Marie Le Pen na de Europese verkiezingen vermoedelijk opnieuw plaatsneemt in het Europese Parlement. Hij staat bekend als antisemiet en noemde de concentratiekampen 'een detail van de geschiedenis'. Onder meer GroenLinks, D66, CDA, ChristenUnie en de VVD namen PVV-Kamerlid Barry Madlener onder vuur vanwege deze samenwerking.
D66-leider Alexander Pechtold herinnerde Madlener er fijntjes aan dat hij als Europarlementariër vijf jaar geleden nog niet in de buurt van Le Pen wilde zitten. "Vijf jaar later kan het wel, wat is het grote verschil? En dan met name het morele verschil?"
Madlener verwees keer op keer naar de huidige partijleider Marine Le Pen, die openlijk afstand heeft genomen van de uitspraken van haar vader. "Dat is de partijleiding waar wij mee te maken hebben", zei Madlener. Hij nam afstand van de uitspraken van Le Pen senior.
Dit leidde tot hoon bij de oppositiepartijen. De PVV zit straks samen in één fractie met Jean-Marie Le Pen. "Wat zijn uw woorden over antisemitisme dan waard?", vroeg ChristenUnie-Kamerlid Gert-Jan Segers zich af.
Madlener begon zijn bijdrage met een verwijzing naar de omstreden 'minder Marokkanen'-uitspraak van zijn partijleider Geert Wilders. "Wilt u meer of minder Europese Unie?", hield hij zijn gehoor voor. De opmerking viel in slechte aarde. Pechtold (D66) en GroenLinks-Kamerlid Jesse Klaver spraken van een 'smakeloze grap'
Esther Ouwehand (Partij voor de Dieren) zei dat ze een 'knoop in mijn maag' kreeg toen ze Madlener deze inmiddels beladen woorden hoorden uitspreken. Zij vroeg hem of Madlener afstand neemt van de opruiende woorden van zijn fractieleider. Ouwehand werd echter teruggefloten door Kamervoorzitter Anouchka van Miltenburg (VVD). Dat moet Ouwehand aan Wilders zelf vragen, aldus Van Miltenburg.