VN waarschuwen voor terugkeer krijgsheren Somalië

Krijgsheren in Somalië zullen waarschijnlijk het gat opvullen dat is ontstaan door de terugtrekking van de terreurgroep Al-Shabab uit de hoofdstad Mogadishu, tenzij de overheid onmiddellijk stappen onderneemt om de rechtsorde te herstellen. Dat heeft de vertegenwoordiger van de Verenigde Naties in Somalië gezegd.

In een videogesprek met de Veiligheidsraad van de VN zei Augustine Mahiga dat de onverwachte terugtrekking van Al-Shabab de Somalische regering voor het eerst in tijden de kans biedt om haar autoriteit uit te oefenen over de hoofdstad.

Als dit op efficiënte wijze gebeurt kan dat 'politieke vooruitgang versnellen' en de levering van humanitaire hulp aan de Somalische bevolking bevorderen, aldus Mahiga.

Somalië heeft sinds 1991 al geen effectieve regering meer. In dat jaar zetten krijgsheren de dictator van het land af om vervolgens elkaar te bestrijden. Een overgangsregering die in 2004 werd opgericht probeert, gesteund door negenduizend militairen van de Afrikaanse Unie (AU), de macht van Al-Shabab te breken.

"Hoewel Al-Shabab de terugtrekking omschreef als een tactische manoeuvre, zijn ze in feite uit Mogadishu verdreven", zei Mahiga. Hij noemde troepen van de AU en de Somalische regering als reden voor de terugtrekking van de opstandelingen.

Mahiga benadrukte dat de regering en de troepenmacht van de AU over beperkte middelen beschikken en hij riep dan ook de internationale gemeenschap op om onmiddellijk steun te verlenen.

"Er zijn nog steeds strijders van Al-Shahab in Mogadishu, de veiligheidssituatie blijft onzeker en de rebellen zullen waarschijnlijk hun toevlucht zoeken tot terroristische aanvallen en guerilla-tactieken", aldus Mahiga.