Gekibbel moet stoppen voor nieuw klimaatpact
Industrielanden en ontwikkelingslanden moeten ophouden met kibbelen rond klimaatonderhandelingen. Dat hebben milieu-afgevaardigden van honderd landen vandaag gezegd tijdens een jaarlijkse vergadering over het milieu op het Indonesische eiland Bali.
Volgens de vertegenwoordigers moet het vertrouwen tussen landen hersteld worden, nu de internationale klimaatconferentie afgelopen december in Kopenhagen jammerlijk mislukt is. In Kopenhagen bereikten landen slechts een vrijwillige overeenkomst om de uitstoot van broeikasgassen te beperken. Meer dan honderdnegentig landen komen later dit jaar bijeen in Cancun, in Mexico, in een nieuwe poging een bindend verdrag te bewerkstelligen.
Het doel is te voorkomen dat de gemiddelde temperatuur op aarde met meer dan twee graden Celsius stijgt ten opzichte van de pre-industriële gemiddelden van de late achttiende eeuw. Iedere stijging boven dat gemiddelde kan leiden tot catastrofale zeespiegelstijgingen, zeggen wetenschappers van de Verenigde Naties. Eilanden en kuststeden worden dan bedreigd. Veel dieren en planten zullen uitsterven en de landbouweconomieën van veel landen zullen drastisch wijzigen.
China heeft aangegeven op vrijwillige basis de 'koolstofintensiteit', oftewel de hoeveelheid uitstoot van koolstofdioxide per productie-eenheid, tegen 2020 met 40 tot 45 procent te verlagen ten opzichte van 2005.
Volgens VN-klimaatchef Yvo de Boer is het onwaarschijnlijk dat in Cancun een bindend akkoord wordt bereikt. Hij denkt dat de focus moet liggen op de top volgend jaar in Zuid-Afrika, voordat het huidige Kyoto-protocol in 2012 afloopt.
