Polen hebben minder last van recessie

Poolse uitzendkrachten worden minder hard geraakt door de recessie dan Nederlandse. De vraag naar Polen is in het eerste half jaar van 2009 met gemiddeld 10 tot 15 procent gedaald. Daarmee doen uitzendbureaus die gespecialiseerd zijn in Poolse werknemers het minder slecht dan de rest. Gemiddeld daalde het aantal uitzenduren met 23 procent.

Dat blijkt uit cijfers van de ABU, de grootste branchevereniging van uitzendbureaus. Volgens directeur Aart van der Gaag danken de Polen hun voorsprong aan hun goede imago. "Het beeld dat Poolse uitzendkrachten hard werken, nooit ziek zijn en niet zeuren, bestaat nog steeds. Bovendien zijn ze bereid werk te doen waar Nederlanders hun neus voor ophalen."

Zo werken veel Poolse uitzendkrachten in de land- en tuinbouw, de voedseldistributie en slachterijen. Van der Gaag: "Dat zijn banen die zelfs vakantiekrachten liever niet doen. Want je wordt er vies van of krijgt pijn in de rug."

Het zijn vooral laagopgeleide Poolse uitzendkrachten die relatief weinig last hebben van de crisis. "Bij banen voor hoogopgeleiden zegt de werkgever al vlug: als ik kan kiezen, heb ik liever een Nederlander."

De cijfers zijn opvallend. Want in bijvoorbeeld Groot-Brittannië pakten veel Polen afgelopen maanden hun koffer. Hun uitstroom heeft niet alleen te maken met de recessie, maar ook met het lage pond.

De VIA, de vereniging voor internationale arbeidsbemiddelaars, heeft geen cijfers over de invloed van de crisis op de Poolse flexwerkers. Maar voorzitter Bert Bakker is niet verbaasd. 'Veel Polen werken in sectoren die minder conjunctuur gevoelig zijn, en waar nauwelijks meer Nederlanders werken.'